ECLI:NL:GHSGR:2010:BN4726

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
20 juli 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
105.007.062/01
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevoegdheid curator tot incasseren van vordering op Nationale-Nederlanden

In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Gravenhage werd behandeld, ging het om de vraag of de curator in het faillissement van Decostone Europe B.V. bevoegd was om een vordering op Nationale-Nederlanden te incasseren. De curator, vertegenwoordigd door mr. A.J.C. Linssen, stelde dat hij de vordering op Nationale-Nederlanden had verkregen via een akte van overdracht van Global Calling B.V. en dat hij toestemming had van AM Transmission, de pandhouder van de vordering. Nationale-Nederlanden, vertegenwoordigd door mr. J. Ekelmans, betwistte deze bevoegdheid en voerde aan dat de curator niet het vereiste bewijs had geleverd voor zijn stellingen.

Het hof oordeelde dat de curator niet in staat was om het bewijs te leveren dat hij de vordering op Nationale-Nederlanden op eigen naam kon incasseren. De stukken die door de curator waren overgelegd, waaronder brieven en akten, waren onvoldoende om aan te tonen dat het pandrecht op de vordering op Nationale-Nederlanden was overgegaan op Global Calling B.V. en vervolgens op de curator. Het hof concludeerde dat de curator zijn standpunt dat AM Transmission pandhouder was van de vordering op Nationale-Nederlanden prijsgeeft, en dat de curator niet bevoegd was om de vordering te incasseren.

De uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage werd vernietigd en de vordering van de curator werd afgewezen. De curator werd veroordeeld in de kosten van het geding, zowel in eerste aanleg als in hoger beroep. Het hof verklaarde de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat Nationale-Nederlanden de kosten direct kon vorderen, ongeacht een eventuele hoger beroep van de curator.

Uitspraak

GERECHTSHOF 's-GRAVENHAGE
Sector handel
Zaaknummer : 105.007.062/01
Rolnummer (oud) : 07/1197
Rolnummer Rechtbank : 272375/ HA ZA 06-2985
arrest van de vijfde civiele kamer d.d. 20 juli 2010
inzake
NATIONALE-NEDERLANDEN SCHADEVERZEKERING MAATSCHAPPIJ N.V.,
gevestigd te 's-Gravenhage,
appellante,
hierna te noemen: Nationale-Nederlanden,
advocaat: mr. J. Ekelmans te 's-Gravenhage,
tegen
MR. [Naam],
in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van Decostone Europe B.V.
wonende te [plaats], gemeente [plaats],
geïntimeerde,
hierna te noemen: de curator,
advocaat: mr. A.J.C. Linssen te Heerlen.
Verder verloop van het geding
Op 23 juni 2009 heeft het hof in deze zaak een tussenarrest gewezen. Op 27 oktober 2009 heeft de curator een "akte houdende aanvulling stukken", met producties, genomen, waarna Nationale-Nederlanden op 24 november 2009 een "akte houdende uitlating over drie door het hof aangedragen thema's, houdende reactie op door geïntimeerde genomen akte en daarbij in het geding gebrachte produkties en houdende verzet, voor zover nodig tegen wijziging van eis", met productie heeft genomen.
Vervolgens hebben partijen, Nationale-Nederlanden onder overlegging van een kopie van haar procesdossier, wederom arrest gevraagd.
Verdere beoordeling van het beroep
1. Het hof verwijst naar voormeld tussenarrest, waarvan de inhoud wordt gehandhaafd. In dat arrest is de curator in de gelegenheid gesteld nadere stukken in het geding te brengen en Nationale-Nederlanden om zich nader uit te laten over een aantal stellingen van de curator.
2. Uit de rolkaart blijkt dat de curator voorafgaand aan zijn eerder genoemde akte, te weten op 15 september 2009, een akte heeft willen nemen, die door de rolraadsheer is geweigerd. Met deze akte en de inhoud daarvan zal derhalve geen rekening worden gehouden.
3. In voornoemd tussenarrest is de curator in de gelegenheid gesteld alsnog nader bewijs te verschaffen van de gestelde toestemming van AM Transmission tot het op eigen naam incasseren van de vordering op Nationale-Nederlanden door de curator, bij voorbeeld door het overleggen van een verklaring van AM Transmission zelf, dan wel van Digo Debiteurenbewaking, voorzien van een machtiging tot zodanige verklaring van AM Transmission.
4. Zodanige verklaring is door de curator niet overgelegd. In plaats daarvan heeft hij overgelegd kopieën van:
(i) een brief van de Belastingdienst aan Global Calling B.V. van 12 juli 2005;
(ii) een brief van Global Calling B.V. aan de Belastingdienst van 15 juni 2005;
(iii) een ongedateerde "akte van overdracht ener vordering";
(iv) een bewijs van registratie d.d. 16 juni 2005 met nummer 4.506972.1;
(v) een ongedateerde "volmacht", ondertekend door [Naam].
In de sub (i) genoemde brief wordt onder meer aan Global Calling B.V. bevestigd dat een op 16 juni 2005 door haar aangeboden (niet nader omschreven) akte is geregistreerd.
De sub (ii) genoemde brief betreft kennelijk het desbetreffende verzoek van Global Calling B.V., tot registratie van een (niet nader omschreven) "akte van verpanding".
De sub (iii) genoemde "akte van overdracht ener vordering" is gesloten tussen Global Calling B.V. als koper en AM Transmission als verkoper. Bepaald is onder meer:
"In aanmerking nemende dat
Verkoper reeds lang een claim, c.q. vordering heeft op Decostone Europe B.V. (...)
Onder deze claim, c.q. vordering ook vallen claims op diverse andere (bij Decostone Europe betrokken) derden - waaronder de curator [Naam] (...)
(...)
verklaren te zijn overeengekomen:
1. Koper koopt van verkoper - gelijk verkoper verkoopt aan koper - de vorderingen op Decostone Europe B.V. en de vorderingen op andere (bij Decostone Europe betrokken) derden waaronder de curator [Naam] (...) zulks voor de prijs van ............... Euro (...)
2. Verkoper draagt dienaangaande over haar volledige vorderingen c.q. claims aan Koper, die deze overdracht c.q. levering door verkoper in goede orde aanvaardt
3. Verkoper verleent onherroepelijk volmacht aan Koper om deze akte mede voor en namens verkoper in Nederland te laten registreren.
4. Verkoper verleent voorzover nodig uitdrukkelijk aan Koper alle rechten, bevoegdheden en volmachten en draagt over aan Koper die dit aanneemt, alle (uit de overdracht van ener opeisbare vordering voortvloeiende) rechten jegens derden, met name het recht om de overdracht van de vordering aan de betrokken derden mede te delen.
5. Verkoper verklaart c.q. erkent zonder enig voorbehoud:
A. bevoegd zijn tot verkoop en overdracht/levering van de in deze akte omschreven vordering;
B. dat op die vordering geen beperkte rechten en/of beslagen rusten, alsmede dat op die vordering door haar geen pandrecht gevestigd is;
6. Verkoper verbindt zich schriftelijk aan alle betrokken derden (de Nederlandse fiscus) zo nodig mededeling te doen dat deze vordering verkocht en overgedragen is aan koper."
De (ongedateerde) akte is namens Global Calling B.V. ondertekend door [Naam] en namens AM Transmission door [Naam].
In de sub (v) genoemde "volmacht" verklaart [Naam] onder meer:
"2
dat hij als bestuurder namens Global Calling via registreerde akte d.d. 15-06-2006 met registratienummer 4.5006972.001 een overeenkomst heeft gesloten met de besloten vennootschap AM Transmission Net B.V. (...) - waardoor en op grond waarvan Global Calling o.a. de vordering van AM Transmission Net op Decostone Europe met bijbehorende zekerheden heeft gekocht c.q. overgenomen - waaronder ook viel/valt een claim van Decostone Europe op Nationale Nederlanden (...)
3
dat hij als bestuurder en enig aandeelhouder namens Global Calling via notariële akte op 22-10-2007 al diens aandelen in Global Calling heeft overgedragen aan (...), zulks evenwel met expliciete uitzondering van de toen reeds aanhangige claim op Nationale Nederlanden - welke claim hij immers vooraf vanuit Global Calling B.V. naar hem privé heeft overgeheveld
4
Dat op grond van beide officiële transacties hij thans in privé de enige en uitsluitende rechthebbende is terzake deze claim op Nationale Nederlanden waarover thans wordt geprocedeerd
(...)
A
Verklaart c.q. bevestigt bij deze officieel volmacht te geven aan
1
Digo Debiteurenbewaking Debiteurenbewaking (Mr. [Naam])
2
Advocaat Curator Mr. [naam]
Hierna beide te noemen lasthebbers
Om namens hem ter zitting te verschijnen en alle processuele handelingen te verrichten die lasthebbers noodzakelijk, nuttig of wenselijk voorkomen
Om hem dienaangaande expliciet in rechte te vertegenwoordigen (...)
B
Bekrachtigt c.q. bevestigt achteraf voor zover nodig, dat al hetgeen in deze procedure tot op heden reeds gebeurd is - met diens toestemming is geschied
C
Bekrachtigt c.q. bevestigt achteraf voor zover nodig, de eerdere ten deze gemaakte financiële afspraken met curator Linssen - op basis waarvan deze gerechtelijke procedure is opgestart, en dat hij deze afspraken zal eerbiedigen
(...)"
Met de datum 15 juni 2006 (onder 2 van de verklaring) is, gelet op het als productie 4 overgelegde registratiebewijs, kennelijk bedoeld: 16 juni 2005. Met het onder 2 van de verklaring vermelde nummer 4.5006972.001 is kennelijk bedoeld: 4.506972.1.
5. Hoewel elke toelichting ontbreekt, kan uit voormelde stukken, in onderlinge samenhang bezien, worden afgeleid dat de curator zijn standpunt dat AM Transmission pandhouder is van de vordering op Nationale-Nederlanden en dat hij van AM Transmission toestemming heeft verkregen als bedoeld in artikel 3:246 lid 4 BW, prijsgeeft. In elk geval heeft de curator met de overlegging van de hiervoor aangehaalde stukken niet het terzake door het hof verlangde bewijs geleverd, zodat de betreffende stelling moet worden verworpen. Thans neemt de curator kennelijk het standpunt in dat het pandrecht op de vordering ingevolge de in r.o. 4 sub (iii) genoemde akte (productie 3), geregistreerd op 16 juni 2005, is overgegaan op Global Calling B.V., waarna het pandrecht (op of rond 22 oktober 2007) is overgegaan op haar voormalig aandeelhouder [naam], die de curator heeft gemachtigd de vordering voor hem te innen.
6. Het door Nationale-Nederlanden gemaakte bezwaar tegen een gestelde wijziging van de grondslag van de eis ziet, blijkens de toelichting, kennelijk niet op het aan het slot van r.o. 5 verwoorde standpunt van de curator, maar op een gestelde wijziging van de grondslag van de eis in de door het hof geweigerde akte. Het hof zal het betreffende bezwaar dan ook onbesproken laten. Ten aanzien van het thans door de curator ingenomen standpunt voert Nationale-Nederlanden aan dat de juistheid daarvan niet uit de overgelegde stukken blijkt, c.q. dat daaruit niet kan worden afgeleid dat de curator bevoegd is de vordering op Nationale-Nederlanden op eigen naam te incasseren. Te dien aanzien overweegt het hof als volgt.
7. Het hof is van oordeel dat de als productie 3 overgelegde akte, in het licht van het verweer van Nationale-Nederlanden, onvoldoende bewijs oplevert van de thans (kennelijk) door de curator betrokken stelling dat het pandrecht op de vordering op Nationale-Nederlanden van AM Transmission (kennelijk: als afhankelijk recht verbonden aan een vordering van AM Transmission op Decostone Europe) is overgegaan op Global Calling B.V. Daarbij neemt het hof in aanmerking dat de vordering op Decostone Europe, waarop de akte ziet, niet nader is gespecificeerd en dat verder slechts wordt gesproken van "onder de vordering vallende" "claims op diverse andere derden, waaronder de curator Mr. [naam]". Daarmee is onvoldoende duidelijk dat de akte ziet op overdracht van een vordering waaraan het pandrecht op de vordering op Nationale-Nederlanden verbonden is. Het hof neemt verder in aanmerking dat de akte niet is gedateerd en dat evenmin de koopprijs is ingevuld. Ook daarom komt aan de akte onvoldoende bewijskracht toe. Daar komt nog bij dat een overgang van het pandrecht op Global Calling B.V. in het licht van de eerder door de curator ingenomen stellingen en de door hem overgelegde stukken niet aannemelijk is. Immers, de stelling is thans kennelijk dat de overdracht heeft plaatsgevonden op enig moment, voorafgaand aan het verzoek tot registratie op 15 juni 2005. In het dossier bevinden zich echter diverse brieven - waarop de curator zich ook beroepen heeft - van latere datum, waarin ervan uit wordt gegaan dat het pandrecht toebehoort aan AM Transmission: (i) de brief van 8 december 2005 van Digo Debiteurenbewaking aan Nationale-Nederlanden, waarin het standpunt wordt ingenomen dat AM Transmission als pandhoudster recht heeft op voldoening van de vordering op Nationale-Nederlanden (productie 2 bij de antwoordakte van de curator van 10 februari 2009, (ii) de brief van Digo Debiteurenbewaking aan de curator van 16 mei 2006, waarin (volgens de curator) namens AM Transmission aan hem toestemming wordt gegeven de vordering op Nationale-Nederlanden op eigen naam te innen (productie 5 bij memorie van antwoord) en (iii) de brief van de curator aan de rechter-commissaris in het faillissement van Decostone Europe van 29 mei 2006, waarin, onder verwijzing naar de sub (ii) genoemde brief, toestemming wordt gevraagd terzake van de vordering op Nationale-Nederlanden een procedure te starten (productie 10 bij de akte houdende overlegging producties van 6 september 2006). Nu de curator ook geen bewijs aanbiedt van zijn nieuwe stelling, wordt deze verworpen.
8. Ten overvloede overweegt het hof dat, zou al moeten worden aangenomen dat het pandrecht op de vordering is overgegaan op Global Calling B.V., aan de orde zou komen of dat pandrecht vervolgens, zoals de curator kennelijk beoogt te betogen, is overgegaan op de heer [naam] en dat deze op zijn beurt aan de curator toestemming heeft gegeven om de vordering op eigen naam te innen. Uit de als productie 5 overgelegde (ongedateerde) "volmacht" blijkt dat niet. Immers, de enkele verklaring dat de vordering (op Decostone Europe en daarmee kennelijk: het pandrecht op de vordering op Nationale-Nederlanden) is "overgeheveld" levert onvoldoende bewijs op van een geldige overgang. Voorts blijkt uit de verklaring veeleer van toestemming om de vordering namens [naam] te incasseren dan om dat op eigen naam te doen. Ook terzake van deze overgang en de gestelde toestemming is door de curator geen bewijsaanbod gedaan.
9. Het voorgaande brengt mee dat thans moet worden aangenomen dat de curator niet bevoegd was de vordering op Nationale-Nederlanden te incasseren. Grief 5 slaagt derhalve. Nu (reeds) daaruit volgt dat de vordering van de curator (daaronder begrepen de vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten) dient te worden afgewezen, behoeven de overige grieven geen (verdere) beoordeling meer. Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, de vordering van de curator zal worden afgewezen en de curator zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van het geding in eerste aanleg en in hoger beroep.
Beslissing
Het hof:
vernietigt het tussen partijen gewezen vonnis van de rechtbank 's-Gravenhage van 16 mei 2007 en, opnieuw recht doende:
wijst de vordering af;
veroordeelt de curator in de kosten van het geding in eerste aanleg en in hoger beroep aan de zijde van Nationale-Nederlanden gevallen, wat betreft de eerste aanleg tot op heden begroot op € 1.360,- aan verschotten en € 1.788,- aan salaris en wat betreft het hoger beroep tot op heden begroot op € 1.939,31,- aan verschotten (€ 1.855,-voor griffierechten en € 84,31 voor kosten dagvaarding) en € 3.262,- aan salaris;
verklaart dit arrest wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit arrest is gewezen door mrs. J.C. Fasseur-van Santen, A.D. Kiers-Becking en
T.H. Tanja-van den Broek, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 20 juli 2010 in aanwezigheid van de griffier.