ECLI:NL:GHSGR:2010:BN4482
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep kort geding
- M. Labohm
- A. Husson
- J. van Dijk
- Rechtspraak.nl
Afwikkeling van de samenleving en vordering tot schadevergoeding
In deze zaak gaat het om de afwikkeling van de samenleving tussen de vrouw en de man, die in hoger beroep is gekomen tegen een vonnis van de rechtbank Middelburg. De vrouw vorderde een bedrag van € 5.000,- van de man, dat zij beschouwde als een vergoeding voor de afwikkeling van hun gezamenlijke inboedel en voor door haar betaalde gemeenschappelijke schulden. De vrouw was van mening dat de kantonrechter ten onrechte had overwogen dat haar vordering geheel bestond uit vervangende schadevergoeding, zoals bedoeld in artikel 6:87 BW. De vrouw stelde dat de vordering niet alleen betrekking had op de meubelen, maar ook op andere investeringen en schulden die zij had betaald.
De man heeft de vordering van de vrouw bestreden en stelde dat er een afspraak was gemaakt over de afwikkeling van de samenleving, waarbij bepaalde inboedelgoederen aan de vrouw zouden worden toegewezen. Het hof heeft de stukken van beide partijen beoordeeld en vastgesteld dat er een overeenkomst was gesloten over de afwikkeling van de samenleving. Het hof oordeelde dat de vrouw geen nakoming van deze overeenkomst had gevorderd en dat er geen rechtsgrond was voor de vordering van € 5.000,-.
Het hof heeft het bestreden vonnis van de rechtbank bekrachtigd en geoordeeld dat beide partijen de gemaakte afspraken moeten nakomen. Tevens heeft het hof besloten dat de proceskosten tussen partijen worden gecompenseerd, zodat ieder zijn eigen kosten draagt. De uitspraak is gedaan op 20 april 2010 door het Gerechtshof 's-Gravenhage, in aanwezigheid van de griffier.