Rolnummer: 22-005252-09
Parketnummer: 10-652800-07
Datum uitspraak: 16 april 2010
TEGENSPRAAK
Gerechtshof te 's-Gravenhage
meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Rotterdam van
14 januari 2009 in de strafzaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Turkije) op [geboortedag] 1950,
[adres].
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van dit hof van 2 april 2010.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat ter zake van het onder 1 primair tenlastegelegde (met uitzondering van het tenlastegelegde strafverzwarende gevolg) en het onder
2 primair tenlastegelegde (met uitzondering van het tenlastegelegde strafverzwarende gevolg) zal worden veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van één maand met een proeftijd van één jaar.
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 14 april 2007 te Rotterdam, op een voor het publiek toegankelijke plaats of in een voor het publiek toegankelijke ruimte, te weten [plaats] aan de [straatnaam], openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 1], welk geweld bestond uit het, één of meermalen
- slaan en/of stompen in/tegen het gezicht, althans op/tegen het hoofd van die [slachtoffer 1] en/of
- slaan met een knuppel, althans een hard en/of lang voorwerp, op/tegen een/de arm(en), althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 1] en/of
- steken en/of slaan met een zaag, althans een hard en/of scherp voorwerp, op/tegen een/de hand(en) en/of een/de arm(en), althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 1] en/of
- slaan en/of stompen en/of schoppen en/of trappen op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 1], terwijl die [slachtoffer 1] op de grond lag, terwijl het door hem, verdachte, gepleegd geweld zwaar lichamelijk letsel (te weten gebroken linker onderarm/pols), althans enig lichamelijk letsel, voor [slachtoffer 1] ten gevolge heeft gehad;
Subsidiair, voorzover het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 14 april 2007 te Rotterdam tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, aan een persoon genaamd [slachtoffer 1], opzettelijk zwaar lichamelijk letsel (een gebroken linkeronderarm/pols), heeft toegebracht, door deze opzettelijk één of meermalen (met kracht) met een knuppel, althans een hard en/of lang voorwerp op/tegen een/de arm(en) te slaan;
meer subsidiair, voor zover het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 14 april 2007 te Rotterdam tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan een persoon genaamd [slachtoffer 1], opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet
- (met kracht) in/tegen het gezicht, althans op/tegen het hoofd van die [slachtoffer 1] heeft geslagen en/of gestompt en/of
- met een knuppel, althans een hard en/of lang voorwerp, op/tegen een/de arm(en),althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 1] heeft geslagen en/of
- met een zaag, althans een hard en/of scherp voorwerp, op/tegen een/de hand(en) en/of een/de arm(en), althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 1] heeft geslagen en/of
- op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 1] heeft geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of geschopt, terwijl die [slachtoffer 1] op de grond lag, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
meer subsidiair, voor zover het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 14 april 2007 te Rotterdam tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, opzettelijk mishandelend een persoon (te weten [slachtoffer 1]),
- (met kracht) in/tegen het gezicht, althans op/tegen het hoofd van die [slachtoffer 1] heeft geslagen en/of gestompt en/of
- met een knuppel, althans een hard en/of lang voorwerp, op/tegen een/de arm(en), althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 1] heeft geslagen en/of
- met een zaag, althans een hard en/of scherp voorwerp, op/tegen een/de hand(en) en/of een/de arm(en), althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 1] heeft geslagen en/of
- op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 1] heeft geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of geschopt, terwijl die [slachtoffer 1] op de grond lag, tengevolge waarvan deze zwaar lichamelijk letsel (een gebroken onderarm/pols), althans enig lichamelijk letsel, heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
hij op of omstreeks 14 april 2007 te Rotterdam, op een voor het publiek toegankelijke plaats of in een voor het publiek toegankelijke ruimte, te weten [plaats] aan de [straatnaam], openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6], welk geweld bestond uit het één of meermalen
- slaan met een knuppel, althans een hard en/of lang voorwerp, op/tegen een/de arm(en) en/of op/tegen de rug en/of op/tegen het hoofd, althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6]
- steken en/ofslaan met een zaag, althans een hard en/of scherp voorwerp, op/tegen de rug, althans op/tegen hetlichaam van die [slachtoffer 2] en/of
- slaan en/of stompen in/tegen het gezicht, althans op/tegen het hoofd van die [slachtoffer 2] en/of terwijl het door hem, verdachte, gepleegd geweld,
enig lichamelijk letsel (te weten zaagpunten in haar rug en/of gekneusde (linker)onderarm) voor [slachtoffer 2] ten gevolge heeft gehad en/of enig lichamelijk letsel (te weten een lidteken van 2 á 3 cm onder het (linker)oor) voor [slachtoffer 3] ten gevolge heeft gehad en/of enig lichamelijk letsel (te weten een drukkende pijn in gehele (rechter)arm en/of rug) voor [slachtoffer 4] ten gevolge heeft gehad en/of enig lichamelijk letsel (te weten bloeduitstorting rondom het (rechter)oog en/of een kneuzing op het hoofd en/of snijwond op het hoofd) voor [slachtoffer 5] ten gevolge heeft gehad en/of
enig lichamelijk letsel (te weten een hoofdwond van 3 cm en/of een snijwond op een (linker) onderarm) voor [slachtoffer 6] ten gevolge heeft gehad;
Subsidiair, voorzover het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 14 april 2007 te Rotterdam tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan een persoon genaamd [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6], opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet
- (met kracht) in/tegen het gezicht, althans op/tegen het hoofd van die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] heeft geslagen en/of gestompt en/of
- met een knuppel, althans een hard en/of lang voorwerp, op/tegen een/de arm(en), en/of op/tegen het hoofd en/of op/tegen de rug, althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] heeft geslagen en/of
- met een zaag, althans een hard en/of scherp voorwerp, op/tegen een/de hand(en) en/of een/de arm(en) en/of de rug en/of op/tegen het hoofd, althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] heeft geslagen en/of terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Meer subsidiair, voorzover het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 14 april 2007 te Rotterdam tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] heeft mishandeld, immers heeft hij, verdachte, opzettelijk
- (met kracht) in/tegen het gezicht, althans op/tegen het hoofd van die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] geslagen en/of gestompt en/of
- met een knuppel, althans een hard en/of lang voorwerp, op/tegen een/de arm(en), en/of op/tegen het hoofd en/of op/tegen de rug, althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] geslagen en/of
- met een zaag, althans een hard en/of scherp voorwerp, op/tegen een/de hand(en) en/of een/de arm(en) en/of de rug en/of op/tegen het hoofd, althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] geslagen, waardoor voornoemde [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] letsel heeft/hebben bekomen en/of pijn heeft/hebben ondervonden;
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het onder
1 primair en onder 2 primair tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van drie maanden met aftrek van voorarrest, waarvan één maand voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de raadsvrouw van de verdachte verzocht - in het geval het hof de verdachte niet van de tenlastegelegde feiten zal vrijspreken dan wel de verdachte ter zake van die feiten niet zal ontslaan van alle rechtsvervolging - als getuigen te horen: [getuige 1], [getuige 2], [getuige 3], [getuige 4], alsmede [getuige 5].
Het hof wijst deze verzoeken af nu, gelet op de hierna te geven beslissing, de voorwaarde voor het verzoek niet is ingetreden.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat daarvan slechts aantekening is gedaan ingevolge artikel 378a van het Wetboek van Strafvordering.
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 primair en onder 2 primair tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 14 april 2007 te Rotterdam, op een voor het publiek toegankelijke plaats of in een voor het publiek toegankelijke ruimte, te weten het [plaats] aan de [straatnaam], openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 1], welk geweld bestond uit het,
- slaan tegen het hoofd van die [slachtoffer 1] en
- slaan met een voorwerp tegen het lichaam van die [slachtoffer 1].
hij op 14 april 2007 te Rotterdam, op een voor het publiek toegankelijke plaats of in een voor het publiek toegankelijke ruimte, te weten [plaats] aan de [straatnaam], openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] en [slachtoffer 5], welk geweld bestond uit het
- slaan tegen het lichaam van die [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] en [slachtoffer 5].
Hetgeen meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
In die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest vereist met de bewijsmiddelen dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit arrest zal worden gehecht.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
De raadsvrouw van de verdachte heeft ontslag van alle rechtsvervolging bepleit.
Zij heeft hiertoe aangevoerd dat niet alleen de verdachte maar ook onafhankelijke getuigen hebben verklaard dat de aangevers de verdachte hebben aangevallen en dat de verdachte genoodzaakt was zich hiertegen te verdedigen. Zo er al iemand gewond is geraakt door verdachtes handelen, is dit handelen niet strafbaar, nu de verdachte heeft gehandeld uit noodweer.
Het hof overweegt hiertoe als volgt.
Naar het oordeel van het hof is komen vast te staan dat op 14 april 2007 op [plaats] aan de [straatnaam] te Rotterdam een vechtpartij heeft plaatsgevonden tussen de verdachte en zijn zoon enerzijds en een groep daar aanwezige personen anderzijds.
Aangevers hebben verklaard dat het initiatief tot de vechtpartij is uitgegaan van de verdachte en diens zoon, nadat één van de aangevers de zoon had aangesproken op het feit dat hij met zijn busje het terrein was opgereden, hetgeen volgens het huishoudelijk reglement is verboden.
De verdachte heeft tegenover de politie verklaard dat hij en zijn zoon eerst door de aangevers zijn geslagen, waarna de verdachte heeft teruggeslagen om zich te verdedigen. Getuigen [getuige 1], [getuige 2] en [getuige 3], [getuige 4] en [getuige 5] die ten tijde van de vechtpartij noch bij de verdachte en diens zoon noch bij de groep aangevers betrokken waren, hebben tegenover de politie verklaard dat de aangevers onder invloed waren van alcohol en dat die aangevers de verdachte en diens zoon hebben aangevallen. Volgens deze getuigen heeft de verdachte zijn zoon en zichzelf tegen dit geweld verdedigd en is er toen een vechtpartij ontstaan.
De verklaringen van voornoemde getuigen vindt ten dele steun in het proces-verbaal van bevindingen van de politie waarin wordt gerelateerd dat bij een aantal personen een alcohollucht is waargenomen.
Op grond van vorenstaande is naar het hof van oordeel aannemelijk geworden dat er sprake is geweest van een ogenblikkelijke wederrechtelijke aanranding door de aangevers van verdachtes lijf en dat van zijn zoon en dat de verdachte heeft gehandeld ter noodzakelijke verdediging van zichzelf en zijn zoon. Derhalve levert het onder 1 primair en onder 2 primair bewezenverklaarde geen strafbaar feiten op en dient de verdachte ter zake van die feiten te worden ontslagen van alle rechtsvervolging.
Vordering tot schadevergoeding [slachtoffer 5]
In het onderhavige strafproces heeft [slachtoffer 5] zich als benadeelde partij gevoegd en een vordering ingediend tot vergoeding van geleden materiële schade als gevolg van het aan de verdachte onder 2 tenlastegelegde, tot een bedrag van EUR 1.895,00.
De vordering van de benadeelde partij is namens de verdachte betwist.
In hoger beroep is deze vordering aan de orde tot dit in eerste aanleg gevorderde en in hoger beroep gehandhaafde bedrag.
Nu de verdachte ter zake van het onder 2 primair tenlastegelegde wordt ontslagen van alle rechtsvervolging, dient de benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
Nu door of namens de verdachte niet is gesteld dat deze met het oog op de verdediging tegen de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij kosten heeft gemaakt, kan een kostenveroordeling achterwege blijven.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht.
Verklaart bewezen dat de verdachte het onder 1 primair en onder 2 primair tenlastegelegde, zoals hierboven omschreven, heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen ter zake meer of anders is tenlastegelegd en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart dat het onder 1 primair en onder 2 primair bewezenverklaarde geen strafbaar feiten oplevert en ontslaat de verdachte te dier zake van alle rechtsvervolging.
Verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 5] niet-ontvankelijk in de vordering.
Dit arrest is gewezen door mr. A.L.J. van Strien, mr. G. Knobbout en mr. I.M. Abels, in bijzijn van de griffier mr. A.M.F.F. van Rede-van den Bosch.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 16 april 2010.
mr. I.M. Abels is buiten staat dit arrest te ondertekenen.