ECLI:NL:GHSGR:2010:BM8558
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Verzet
- W.M.G. Visser
- J.T. Sanders
- H.A.J. Kroon
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring wegens niet-betaling griffierecht
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 4 juni 2010 uitspraak gedaan op het verzet van de belanghebbende tegen een eerdere uitspraak van 15 september 2009, waarbij hij niet-ontvankelijk was verklaard omdat het verschuldigde griffierecht niet was betaald. De belanghebbende stelde dat de niet-betaling te wijten was aan nalatigheid van zijn gemachtigde, die het griffierecht niet binnen de gestelde termijn had voldaan. Het Hof heeft de zaak mondeling behandeld op 23 april 2010, waarbij de belanghebbende aanwezig was. Tijdens de zitting werd aangevoerd dat de gemachtigde niet in het ziekenhuis was opgenomen en dat er geen sprake was van overmacht. Het Hof oordeelde dat de belanghebbende zelf verantwoordelijk is voor de betaling van het griffierecht, ook al was dit door zijn gemachtigde niet tijdig gedaan. De stelling dat de nalatigheid van de gemachtigde verschoonbaar was, werd door het Hof verworpen. Het Hof concludeerde dat er geen feiten of omstandigheden waren die rechtvaardigden dat de belanghebbende niet in verzuim was geweest. Daarom werd de eerdere beslissing van de achtste enkelvoudige belastingkamer bevestigd, en werd het verzet ongegrond verklaard. De uitspraak is gedaan op basis van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en de Algemene wet bestuursrecht, en er zijn geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten. De belanghebbende kan binnen zes weken na de uitspraak beroep in cassatie instellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.