ECLI:NL:GHSGR:2010:BM5713

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
25 mei 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200.055.545-01
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot voorlopig getuigenverhoor in hoger beroep van kort geding vonnis

In deze zaak heeft Aymara Maritiem B.V. een verzoek ingediend bij het Gerechtshof 's-Gravenhage om een voorlopig getuigenverhoor te bevelen in het kader van een hoger beroep tegen een kort geding vonnis. Dit kort geding vond plaats op 21 juli 2009, waarbij de Voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage oordeelde over de ontbinding van een koopovereenkomst met betrekking tot een schip. Aymara was het niet eens met de uitspraak en heeft hoger beroep ingesteld.

Boriebasse Management Investment Group B.V., de verweerster, heeft het verzoek van Aymara bestreden en verzocht om afwijzing. Tijdens de mondelinge behandeling op 26 maart 2010 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. Aymara werd vertegenwoordigd door mr. G.M. Veldt, terwijl Boriebasse werd bijgestaan door mr. J. du Bois.

Het hof heeft overwogen dat het verzoek om een voorlopig getuigenverhoor in strijd is met de goede procesorde. Het hof merkte op dat een dergelijke procedure zich in het algemeen niet leent voor het horen van getuigen, ook niet in hoger beroep. Bovendien werd opgemerkt dat het verzoek betrekking had op zowel de hoger beroep procedure als de nog niet aangevangen bodemprocedure, en dat het verzoek beter bij de rechtbank kon worden ingediend.

Uiteindelijk heeft het hof het verzoek afgewezen en Aymara veroordeeld in de kosten van de procedure, die zijn begroot op nihil aan verschotten en € 1.788 aan salaris advocaat. De beschikking is gegeven op 25 mei 2010 en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

GERECHTSHOF ’s-GRAVENHAGE
Sector handel
Zaaknummer : 200.055.545/01
beschikking van de negende civiele kamer d.d. 25 mei 2010
inzake
Aymara Maritiem B.V.
gevestigd te Lelystad,
verzoekster,
hierna te noemen: Aymara,
advocaat: mr. L.Ph.J. baron van Utenhove te 's-Gravenhage,
tegen
Boriebasse Management Investment Group B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
verweerster,
hierna te noemen: Boriebasse,
advocaat: mr. J. du Bois te Amsterdam.
Het geding
Bij op 29 januari 2010 bij het hof ingekomen verzoekschrift heeft Aymara op de daarin aange¬voerde gronden verzocht een voorlopig getuigenverhoor te bevelen.
Boriebasse heeft bij op 17 maart 2010 bij het hof ingekomen verweerschrift wegens de daarin aangevoerde redenen verzocht het verzoek af te wijzen.
Op 26 maart 2010 is de zaak mondeling behandeld; daarbij hebben partijen hun standpunten doen toelichten, Aymara door mr. G.M. Veldt, advocaat te Rotterdam, die pleitnotities heeft overgelegd, Boriebasse door mr. Du Bois voormeld.
Beoordeling
1. In een tussen partijen gevoerd kort geding heeft de Voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage op 21 juli 2009 vonnis gewezen (zaaknummer 337802 / KG ZA 09-634). In de kern ging het daarbij om de vraag of de tussen partijen gesloten koopovereenkomst met betrekking tot een schip (een lemsteraak) was ontbonden dan wel dat partijen nadere afspraken hebben gemaakt. De Voorzieningenrechter heeft - voorshands oordelend - de laatstgenoemde vraag ontkennend en de eerstgenoemde vraag bevestigend beantwoord.
2. Van voormelde kort geding uitspraak is Aymara bij dit hof in hoger beroep gekomen. Deze zaak (zaaknummer 200.043.387) staat thans voor memorie van grieven op de rol van 7 december 2010. Tegen Boriebasse is verstek verleend.
3. Het onderhavige verzoek is bij het hof ingediend, met als reden - kort gezegd - dat het voor de bodemzaak en het hoger beroep van voormeld kort geding vonnis (waaronder het opstellen van de memorie van grieven) wenselijk is dat getuigen worden gehoord.
4. Het hof overweegt als volgt. Op zich is het hof ingevolge art. 186 lid 1 Rv bevoegd om van het onderhavige verzoek kennis te nemen en om dit toe te wijzen. Het hof is echter van oordeel dat er in dit geval sprake is van strijd met de goede procesorde dan wel door het hof als zwaarwichtig aangemerkt bezwaar waarop het verzoek moet afstuiten, dit in verband met het volgende.
- Het betreft hier een verzoek in het kader van het hoger beroep van een kort geding vonnis. Net als in eerste aanleg van een kort geding geldt ook in het hoger beroep daarvan dat een dergelijke procedure zich in het algemeen niet leent voor het horen van getuigen. Toewijzing van het verzoek in het kader van een dergelijke procedure zou feitelijk voormeld uitgangspunt (in het algemeen) doorkruisen.
- Het verzoek ziet op zowel de procedure in hoger beroep van het kort geding vonnis als de - nog niet aangevangen - bodemprocedure (zie hierboven sub 3.). Niet valt in te zien waarom het voorlopig getuigenverhoor niet "gewoon" bij de rechtbank - de daartoe meest geëigende instantie - kan plaatsvinden.
- Naar het oordeel van het hof is hetgeen Aymara aan haar verzoek ten grondslag heeft gelegd onvoldoende om in dit geval een uitzondering op voormelde - in algemene zin bedoelde - benadering te maken.
- Hetgeen hierboven is overwogen geldt eens te meer wanneer ook hetgeen hierboven sub 2. vermelde daarbij in aanmerking wordt genomen.
- Een en ander leidt er - in onderlinge samenhang bezien - dan ook toe dat het verzoek door het hof als strijdig met een goede procesorde, dan wel als afstuitend op een door het hof als zwaarwichtig aangemerkt bezwaar, geoordeeld.
5. Het verzoek zal dan ook worden afgewezen. Daarbij past het om Aymara te veroordelen in de kosten van deze procedure.
Beslissing
Het hof:
- wijst het verzoek af;
- veroordeelt Aymara in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van Aymara begroot op nihil aan verschotten en € 1.788,= aan salaris advocaat;
- verklaart voormelde kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mrs. M.H. van Coeverden, S.W. Kuip en C.T.M Luijks en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 25 mei 2010 in aanwezigheid van de griffier.