ECLI:NL:GHSGR:2009:BK7117
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M.C.M. van Dijk
- R.C. Schlingemann
- N.M. van der Horst
- Rechtspraak.nl
Vordering ontruiming in kort geding na buitengerechtelijke ontbinding huurovereenkomst
In deze zaak gaat het om een vordering tot ontruiming in kort geding na de buitengerechtelijke ontbinding van een huurovereenkomst. De verhuurder, eigenaar van het pand aan de Hoefkade 1414 te 's-Gravenhage, heeft de huurovereenkomst met de huurder, die een supermarkt en slijterij exploiteert, opgezegd per 1 juni 2007. De verhuurder heeft als reden opgegeven dat hij het gehuurde persoonlijk in gebruik wil nemen. De huurder heeft echter niet ingestemd met deze opzegging en heeft hoger beroep ingesteld tegen eerdere vonnissen van de rechtbank 's-Gravenhage, die de vordering van de verhuurder had toegewezen.
Het hof heeft de feiten vastgesteld en geconcludeerd dat de verhuurder zijn vordering niet tijdig heeft ingesteld, aangezien de opzegging zijn werking heeft verloren. De huurder heeft betoogd dat de huurovereenkomst is verlengd met een aansluitende periode van vijf jaar, omdat de verhuurder zijn vordering niet vóór de opzegdatum heeft ingesteld. Het hof oordeelt dat de verhuurder niet onbeperkt kan wachten met het instellen van zijn vordering na het verzenden van de opzeggingsbrief.
Het hof heeft de vonnissen van de kantonrechter vernietigd en de vorderingen van de verhuurder afgewezen. De verhuurder is veroordeeld in de kosten van beide instanties. Het hof heeft geoordeeld dat het bewijsaanbod van de verhuurder te vaag was en niet ter zake dienend, waardoor het niet in behandeling werd genomen. De beslissing van het hof is uitgesproken op 15 december 2009.