ECLI:NL:GHSGR:2009:BJ1362
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. Pannekoek-Dubois
- A. Bouritius
- J. van der Kuijl
- Rechtspraak.nl
Ontslag van curator en benoeming opvolgend curator in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 17 juni 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende het ontslag van een curator. De verzoekster, die als curatrice was benoemd over haar broer, betrokkene, was in hoger beroep gekomen tegen de beschikking van de rechtbank 's-Gravenhage, waarin zij als curatrice werd ontslagen. De rechtbank had geoordeeld dat de verzoekster niet in staat was om haar taken als curator naar behoren uit te voeren, met name op het gebied van rekening en verantwoording. De verzoekster had in een eerdere brief aan de kantonrechter aangegeven dat zij het curatorschap wilde voortzetten, tenzij de kantonrechter niet met haar kon samenwerken. Het hof oordeelde dat deze brief niet als een verzoek tot ontslag kon worden opgevat, maar dat er wel sprake was van een gewichtige reden voor ambtshalve ontslag, zoals bedoeld in artikel 1:385 van het Burgerlijk Wetboek. Ondanks het slagen van de tweede grief van de verzoekster, bekrachtigde het hof de beschikking van de rechtbank, met verbetering van gronden. Het hof concludeerde dat de verzoekster, ondanks haar inspanningen, niet in staat was om de verplichtingen van de curator adequaat te vervullen en dat er behoefte was aan een nieuwe curator. De curator, die als opvolger werd benoemd, had geen bezwaren tegen de beslissing van het hof. De uitspraak benadrukt het belang van een goede uitvoering van de taken van een curator en de mogelijkheid van ambtshalve ontslag bij gebreken in de uitvoering.