ECLI:NL:GHSGR:2009:BH6977
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- Th.W.H.E. Schmitz
- R.C. Schlingemann
- R. van der Vlist
- Rechtspraak.nl
Huurovereenkomst en de gevolgen van tijdsverloop op nakoming
In deze zaak gaat het om een huurovereenkomst tussen de Oliefmaatschappij Scheveningen B.V. (OMS) en NS Vastgoed B.V. betreffende een perceel grond aan de Loosduinsekade te 's-Gravenhage. De rechtszaak is ontstaan na een langdurige correspondentie over de totstandkoming en nakoming van de huurovereenkomst, die in 1993 werd besproken. OMS stelt dat er een huurovereenkomst tot stand is gekomen onder opschortende voorwaarden, terwijl NS Vastgoed dit ontkent en de overeenkomst als nietig beschouwt vanwege het tijdsverloop en gewijzigde omstandigheden. Het hof oordeelt dat de overeenkomst wel degelijk tot stand is gekomen, ondanks de door NS Vastgoed aangevoerde bezwaren. Het hof wijst erop dat de concept-huurovereenkomst in 1993 ter kennisneming is toegestuurd en dat OMS hiermee heeft ingestemd. De stelling van NS Vastgoed dat er geen definitief aanbod is gedaan, wordt verworpen. Het hof concludeert dat de opschortende voorwaarden zijn vervuld en dat OMS recht heeft op nakoming van de overeenkomst. Daarnaast wordt de vordering van NS Vastgoed tot ontbinding van de huurovereenkomst afgewezen, omdat deze niet is gebaseerd op een tekortkoming van OMS. Het hof oordeelt dat de wijziging van de huurprijs noodzakelijk is, gezien de lange periode die is verstreken sinds de overeenkomst is aangegaan. De zaak wordt verder behandeld in een comparitie van partijen om de hoogte van de huurprijs vast te stellen.