ECLI:NL:GHSGR:2009:6098

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
28 juli 2009
Publicatiedatum
16 mei 2014
Zaaknummer
105.003.415/01
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming deskundigen in geschil over asbest in pand

In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Gravenhage diende, betreft het een hoger beroep van Botersloot C.V. tegen Fortis Bank Nederland N.V. over de verkoop van een pand waarin later losgebonden asbest is aangetroffen. De zaak is op 28 juli 2009 behandeld, na een tussenarrest van 30 december 2008 waarin het hof partijen vroeg om zich uit te laten over de benoeming van deskundigen en de vragen die aan hen gesteld moesten worden. Beide partijen waren het erover eens dat er drie deskundigen benoemd moesten worden, maar er was geen overeenstemming over de personen van deze deskundigen. Fortis verzocht om een comparitie, maar Botersloot ging hier niet op in, waardoor het hof het verzoek van Fortis afwees.

Het hof benoemde uiteindelijk drie deskundigen, die onafhankelijk van de partijen zijn en geen eerdere betrokkenheid bij de zaak hebben gehad. De deskundigen zijn belast met het onderzoek naar de klachtplicht en de vraag of er sprake was van non-conforme levering. Botersloot heeft de stelplicht en bewijslast, en moet een voorschot van € 10.500,- exclusief BTW betalen voor het deskundigenonderzoek. Het hof heeft de verdere beslissing aangehouden en bepaald dat de zaak op 15 december 2009 weer ter rolle zal worden uitgeroepen voor memorie na deskundigenbericht aan de zijde van Botersloot. De deskundigen dienen hun schriftelijk bericht binnen drie maanden na ontvangst van het voorschot in te dienen, en Botersloot moet het procesdossier binnen een maand aan de deskundigen ter hand stellen.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Afdeling Civiel recht
Zaaknummer : 105.003.415/01
Rolnummer (oud) : 05/1019
Zaaknummer rechtbank : 181366 / HA ZA 02-1749

arrest van 28 juli 2009

inzake

Botersloot C.V.,

gevestigd te Weert,
appellante,
hierna te noemen: Botersloot,
advocaat: mr. N. Overeem te 's-Gravenhage,
tegen

Fortis Bank Nederland N.V.,

gevestigd te Rotterdam,
geïntimeerde,
hierna te noemen: Fortis,
advocaat: mr. J.P. van Ginkel te 's-Gravenhage.

Het verdere verloop van het geding

Bij tussenarrest van 30 december 2008 heeft het hof de zaak naar de rol verwezen opdat partijen zich bij akte konden uitlaten over aantal en perso(o)n(en) van de te benoemen deskundige(n) en over de aan deze te stellen vragen. Partijen hebben tegelijkertijd een akte genomen en daarna andermaal arrest gevraagd.

De verdere beoordeling van het hoger beroep

1.
Partijen hebben geen opmerkingen gemaakt naar aanleiding van de door het hof voorgestelde vraagstelling aan de te benoemen deskundige(n). De in rov. 19 van het
tussenarrest geformuleerde vragen zullen daarom aan deze worden voorgelegd.
2.
Partijen zijn het erover eens dat drie deskundigen moeten worden benoemd.
3.
Over de personen van de te benoemen deskundigen hebben partijen geen overeenstemming bereikt. In het tussenarrest heeft het hof aangegeven dat in dat geval partijen het hof om een comparitie kunnen verzoeken. Echter alleen Fortis heeft zo een verzoek gedaan. Botersloot is op de suggestie van het hof om een comparitie te verzoeken niet ingegaan. Derhalve kan niet worden aangenomen dat er voldoende draagvlak bestaat voor een comparitie. Het verzoek van Fortis om een comparitie zal daarom niet worden ingewilligd.
4.
Het hof zal de hierna in het dictum te vermelden personen tot deskundigen benoemen. Deze, door geen van partijen genoemde, personen hebben desgevraagd opgegeven niet in relatie tot een van partijen te staan en niet eerder bij de onderhavige zaak te betrokken te zijn geweest.
5.
De vraagstelling aan de deskundigen houdt, zo blijkt uit het tussenarrest, verband met de vragen of aan de klachtplicht is voldaan en of sprake was van non-conforme levering. Ten aanzien van beide vragen heeft Botersloot de stelplicht en bewijslast. Zij zal daarom het voorschot aan de deskundigen hebben te voldoen. Dit voorschot zal, overeenkomstig de opgave van de deskundigen, worden vastgesteld op het bedrag van € 10.500,- exclusief BTW voor de drie deskundigen samen (€3.500,- excl. BTW per deskundige). Het hof heeft de raadslieden van beide partijen telefonisch om een reactie op de hoogte van dit voorschot gevraagd. Per e-mail hebben beide raadslieden laten weten daartegen geen bezwaar te hebben.
6.
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

Beslissing

Het hof:
- beveelt een onderzoek door drie deskundigen teneinde aan het hof bericht uit te brengen omtrent de vragen (zie ook rov. 19 van het tussenarrest);
i. of de gemiddelde deskundige op het gebied van asbest uit het Vincotterapport zou hebben opgemaakt dat er een serieuze, niet te verwaarlozen kans bestond dat zich ook in het gebouw boven de kelder losgebonden asbest zou bevinden;
ii. ii) of, bij bevestigende beantwoording van vraag i), een nader onderzoek — meer in het bijzonder een destructief onderzoek dat verenigbaar was met de planning van de renovatie- en leegsloopactiviteiten van Botersloot — door een gemiddelde deskundige op het gebied van asbest de aanwezigheid van losgebonden asbest in het gebouw boven de kelder daadwerkelijk aan het licht zou hebben gebracht;
- benoemt als zodanig:
1.
drs. LC. de Feijter
milieuadviseur
kantooradres: MWH B.V.
[adres 1]
2.
H.J.M. van den Broek
bouwkundig expert/taxateur
kantooradres: Nassau Poort Expertisebureau B.V.
[adres 2]
3.
A. Hulscher
bouwkundig expert/taxateur
kantooradres: Zuid Nederlands Expertisebureau B.V.
[adres 3]
  • benoemt tot raadsheer-commissaris mr. M.Y. Bonneur;
  • bepaalt dat de deskundigen hun onderzoek in beginsel zelfstandig zullen verrichten, doch indien de raadsheer-commissaris daartoe aanleiding ziet, onder diens leiding;
  • bepaalt dat de deskundigen bij het verrichten van hun werkzaamheden naast de normen van hun beroepsgroep(en) tevens de leidraad deskundigen in civiele zaken in acht dienen te nemen; bepaalt dat de deskundigen hun werkzaamheden niet zullen behoeven aan te vangen voordat door Botersloot als voorschot op de nader te bepalen kosten van het deskundigenonderzoek een bedrag van € 10.500,- excl. BTW zal zijn gestort op bankrekeningnummer 19.23.25.795 ten name van MvJ Arrondissement ‘s-Gravenhage, zulks onder vermelding: “voorschot deskundige Gerechtshof ‘s-Gravenhage” alsmede de namen van partijen en het zaaknummer;
  • bepaalt dat de deskundigen hun schriftelijk bericht ter griffie zullen deponeren binnen 3 maanden na de mededeling van de griffier dat het voorschot is ontvangen. Uit dat bericht moet blijken dat de deskundigen partijen in de gelegenheid hebben gesteld opmerkingen te maken en verzoeken te doen waarvan de inhoud eveneens in het bericht vermeld dient te worden;
  • bepaalt dat de deskundige tegelijk met dit bericht een declaratie van loon en kosten ter griffie zal indienen onder vermelding van de namen van partijen en het zaaknummer;
  • wijst partijen erop dat indien zij schriftelijke opmerkingen aan de deskundigen doen toekomen, daarvan terstond een afschrift aan de wederpartij dient te worden verstrekt;
  • bepaalt dat Botersloot het procesdossier binnen een maand na heden aan de deskundigen ter hand zal stellen;
- bepaalt dat de zaak weer zal worden uitgeroepen ter rolle van 15 december 2009 voor memorie na deskundigenbericht aan de zijde van Botersloot;
- bepaalt dat de griffier een afschrift van dit arrest aan de deskundigen zendt;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. M.Y. Bonneur, E.J. van Sandick en H.C. Grootveld en is
uitgesproken ter openbare terechtzitting van 28 juli 2009 in aanwezigheid van de griffier.