ECLI:NL:GHSGR:2008:BG9473
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- A. van den Wildenberg
- M. van Nievelt
- J. van Leuven
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard in voorlopige voorzieningen
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 17 december 2008 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beschikking van de rechtbank 's-Gravenhage. De man, vertegenwoordigd door advocaat mr. R.F. Ronday, heeft hoger beroep ingesteld tegen een beschikking van 29 november 2007, waarin de rechtbank voorlopige voorzieningen heeft getroffen. De vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. M. Perfors, heeft verweer gevoerd en verzocht de man niet-ontvankelijk te verklaren in zijn hoger beroep.
De man heeft aangevoerd dat de beschikking van de rechtbank tot stand is gekomen in strijd met fundamentele rechtsbeginselen en dat de rechtbank buiten het wettelijk kader van artikel 822 Rv is getreden. De vrouw heeft echter betoogd dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is, omdat artikel 824 Rv hoger beroep van een beschikking in het kader van voorlopige voorzieningen niet toelaat. Het hof heeft de argumenten van de man en vrouw zorgvuldig afgewogen.
Het hof heeft geoordeeld dat de man niet aannemelijk heeft gemaakt dat er sprake is van een schending van een fundamenteel rechtsbeginsel of dat de voorlopige voorzieningen buiten het wettelijk kader van artikel 822 Rv zijn getroffen. De enkele omstandigheid dat de man meent dat de rechtbank een onjuiste rechtsopvatting heeft gehanteerd, rechtvaardigt geen doorbreking van het appelverbod in artikel 824 Rv. Het hof heeft daarom besloten dat de man niet-ontvankelijk is in zijn hoger beroep.
Deze uitspraak benadrukt het belang van de wettelijke kaders rondom voorlopige voorzieningen en de beperkingen die gelden voor hoger beroep in dergelijke zaken. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank bevestigd en de man in zijn verzoek tot vernietiging van de beschikking niet-ontvankelijk verklaard.