GERECHTSHOF ‘s-GRAVENHAGE
Sector handel
Zaaknummer : 105.005.509/01
(oud) Rolnummer : 06/1297
Rolnummer rechtbank : 31/06
Arrest van de vijfde civiele kamer d.d. 19 juni 2008
VCD Business Solutions B.V.,
gevestigd te Groningen,
appellante,
hierna te noemen: VCD Business Solutions B.V.,
procureur: mr. M. Spaa,
Eversdijk B.V.,
gevestigd te Goes,
geïntimeerde,
hierna te noemen: Eversdijk,
procureur: mr. R.N.A.M. Kester.
Bij exploot van 28 september 2006 is VCD Business Solutions B.V. in hoger beroep gekomen van het vonnis van 19 juli 2006 dat de rechtbank Middelburg heeft gewezen tussen VCD Business Solutions B.V. als eiseres en Eversdijk als gedaagde. In deze dagvaarding zijn twee grieven tegen het vonnis opgenomen. Nadat de zaak bij het hof was aangebracht, heeft VCD Business Solutions B.V. een conclusie van eis (met een productie) genomen, waarin nog wordt ingegaan op feiten waarover de rechtbank zich niet heeft uitgelaten. Eversdijk heeft bij memorie van antwoord de grieven bestreden en verzocht haar nog de gelegenheid te geven zich over de conclusie van eis uit te laten indien het hof oordeelt dat VCD Business Solutions B.V. wel ontvankelijk is in haar vordering. Ten slotte hebben partijen hun stukken overgelegd voor arrest.
De beoordeling van het hoger beroep
1. In hoger beroep kan van de volgende vaststaande feiten worden uitgegaan:
a. De VCD-groep bestaat uit een aantal BV’s en exploiteert (onder meer) een automatiseringsbedrijf. Eversdijk is een groothandel. In mei 1993 heeft VCD Software B.V. met Eversdijk een “onderhoudsovereenkomst software” gesloten voor het besturingssysteem UNIX met als softwarepakket Basys en Grosys Food. Het schriftelijk contract vermeldt als ingangsdatum 1 januari 1993, als contractnummer 93.3.0081 en is rechtsboven voorzien van een logo “VCD automatisering”.
b. Op 2 juli 1998 is aan Eversdijk een brief met bijlage gezonden. Rechtsboven prijkt een logo “VCD automatisering”. Daar schuin rechtsonder staan de namen vermeld van drie BV’s van de VCD-groep, waaronder VCD Automatisering B.V. en VCD Software B.V. De brief houdt een offerte in “voor de levering en installatie van en de service op een nieuwe UNIXWare server, vervanging van Basys door Exact Finance en opwaardering van uw Grosys Food applicatie van Progress 6 naar Progress 8.2.”. De brief is ondertekend door VCD Automatisering B.V. en namens Eversdijk voor akkoord getekend. Een datering van deze ondertekening ontbreekt.
c. Vervolgens is aan Eversdijk een “specificatie service-overeenkomst”gezonden. Deze vermeldt als overeenkomstnummer “93.3.0081, versie 2”, als verzenddatum 4 november 1998 en achter “Vervangt”: Overeenkomstnr. 93.3.0081, versie 1”. Rechtsboven staat een logo “VCD automatisering”. Als contractpartij van Eversdijk wordt genoemd “VCD”. De producten van de serviceovereenkomst zijn (voor zover van belang) als volgt omschreven:
“Omschrijving Ingangsdatum Einddatum
-BASYS 01-01-1993 03-11-1998
-GROSYS FOOD 01-01-1993 (…)”
d. Tevens is aan Eversdijk een “specificatie service-overeenkomst” gezonden die als overeenkomstnummer “98.0.0099, versie 1” en als verzenddatum eveneens 4 november 1998 vermeldt. Achter “Vervangt” staat “n.v.t.”. Logo en aanduiding contractpartij zijn dezelfde als die in de andere specificatie.
e. Met als afzender “VCD automatisering” (de plaats en afbeelding van deze naam gelijk aan voormelde logo’s) zijn aan Eversdijk twee facturen gezonden. Factuur d.d. 17 november 2003 vermeldt als contractnummer 93.3.0081 en betreft onderhoud Grosys Food. Factuur d.d. 4 december 2003 vermeldt als contractnummer 98.0.0099. Beide facturen heeft Eversdijk niet betaald.
2. VCD Business Solutions B.V. vordert betaling van de twee facturen (met rente en kosten). Eversdijk heeft als verweer gevoerd dat VCD Business Solutions B.V. in deze vordering niet-ontvankelijk moet worden verklaard omdat de overeenkomsten waarop de vordering is gegrond, niet met VCD Business Solutions B.V. zijn gesloten. De rechtbank heeft dit verweer gehonoreerd en VCD Business Solutions B.V. in haar vordering niet-ontvankelijk verklaard. Van de twee grieven is de eerste grief tegen dit oordeel gericht. In de toelichting op de tweede grief , die geen van belang zijnde zelfstandige klacht bevat, wordt opgemerkt dat bij akte (productie 8) de vordering aan VCD Business Solutions B.V. is gecedeerd en dat deze cessie op 7 september 2006 aan Eversdijk is meegedeeld (productie 9).
3. Eversdijk heeft deze cessie en de kennisgeving daarvan aan haar op zichzelf niet betwist. Daarmee is gegeven dat VCD Business Solutions B.V. het gestelde vorderingsrecht in elk geval thans toekomt. In verband met de kostenveroordeling in eerste aanleg zal het hof hebben te beoordelen of de rechtbank VCD Business Solutions B.V. in haar vordering terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard.
4. Met betrekking tot de factuur van 4 december 2003 geldt het volgende. Het daarop vermelde contractnummer 98.0.0099 komt overeen met het contractnummer op de onder 1 sub d vermelde specificatie. In deze specificatie wordt de contractpartij van Eversdijk slechts kort aangeduid als “VCD”. De offerte van 2 juli 1998 vermeldt als afzender drie BV’s van de VCD-groep, terwijl de inhoud niet duidelijk maakt welke van deze BV’s als contractpartij moet worden aangemerkt, laat staan dat Eversdijk daarin erop attent wordt gemaakt dat niet langer VCD Software B.V., waarmee in 1993 een onderhoudscontract was gesloten, maar VCD Automatisering B.V. (de voorgangster van VCD Business Solutions B.V.) haar contractpartij bij de onderhoudovereenkomst is.
5. VCD Business Solutions B.V. stelt dat in het kader van een reorganisatie binnen de VCD-groep in 1998 VCD Software B.V. alle werkzaamheden met betrekking tot de installatie van servers en de serviceverlening aan VCD Automatisering B.V. heeft overgedragen. Een en ander had tot gevolg dat VCD Automatisering B.V. in de plaats van VCD Software B.V. de nieuwe overeenkomst van 2 juli 1998 met Eversdijk is aangegaan. Met deze nieuwe overeenkomst is de oude overeenkomst van 1993 vervallen. Dit was ook de bedoeling van partijen, aldus VCD Business Solutions B.V..
6. Eversdijk heeft een en ander gemotiveerd bestreden. De stelling is op geen enkele wijze gespecificeerd. Niet is gesteld of gebleken dat VCD Eversdijk op enige wijze op deze belangrijke vervanging van de ene BV door de andere heeft gewezen. Het hof gaat daarom aan de stelling voorbij. Daarbij tekent het hof nog aan dat het enkele feit dat op schriftelijke bescheiden van VCD, ook door Eversdijk betaalde facturen, het onder 1 vermelde logo “VCD automatisering” wordt vermeld, niet tot een ander oordeel leidt. Blijkbaar wordt dit logo door verschillende BV’s van de VCD-groep gebruikt. Er is onvoldoende gesteld of gebleken om aan te nemen dat Eversdijk redelijkerwijs heeft moeten begrijpen dat dit logo op tot haar gerichte schriftelijke stukken (uitsluitend) verwees naar één van de BV’s en wel VCD Automatisering B.V.
7. De factuur van 17 november 2003 verwijst naar contractnummer 93.3.0081, het nummer van het onderhoudcontract van 1993 dat was aangegaan met VCD Software B.V. Uit de feiten onder 1 sub b en c volgt dat Eversdijk redelijkerwijs mocht aannemen dat de aanpassing van de contractuele relatie met VCD niet tot gevolg had dat het onderhoudcontract uit 1993 met betrekking tot Grosys Food eindigde, nu Grosys (anders dan Basys) niet werd vervangen, maar werd opgewaardeerd en de specificatie met overeenkomstnummer 93.3.0081 achter Grosys Food (anders dan achter Basys) geen einddatum vermeldt. Hieraan doet niet af dat achter het overeenkomstnummer in de specificatie nog is toegevoegd “versie 2”. Eversdijk stelt dat daarmee werd bevestigd dat het onderhoudscontract uit 1993 in 1998 is gewijzigd en wel op de punten als vermeld onder het kopje omschrijving (hiervoor weergegeven onder 1 sub c). Deze uitleg acht het hof begrijpelijk en gerechtvaardigd. Voor zover VCD Business Solutions B.V. met haar hiervoor onder 5 besproken stelling ook wil betogen dat de onderhoudovereenkomst uit 1993 in 1998 aan de zijde van VCD is overgenomen door VCD Automatisering B.V., strandt dit betoog reeds op grond van hetgeen onder 6 is overwogen.
8. De slotsom is dat grief I faalt en de rechtbank terecht VCD Business Solutions B.V. niet-ontvankelijk heeft verklaard in haar vordering. Grief II heeft geen zelfstandige betekenis. Dit betekent dat de veroordeling van VCD Business Solutions B.V. in de kosten van de eerste aanleg in elk geval in stand blijft. In het geval haar vordering in hoger beroep wordt toegewezen, zal zij deze kosten als onnodig veroorzaakt toch moeten dragen. Daarbij is het hof van oordeel dat VCD Business Solutions B.V. bij aanvang van de procedure redelijkerwijs niet heeft mogen aannemen dat haar het vorderingsrecht toekwam.
9. Gelet op het verzoek van Eversdijk haar nog de gelegenheid te geven om te reageren op de conclusie van eis, zal de zaak thans naar de rol worden verwezen.
verwijst de zaak naar de rol van 31 juli 2008 opdat Eversdijk een akte kan nemen tot het doel als hiervoor omschreven;
houdt elke verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. E.J. van Sandick, C.J. Verduyn en T.H. Tanja-van den Broek en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 19 juni 2008 in aanwezigheid van de griffier.