ECLI:NL:GHSGR:2008:BC7793
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- J.C. Fasseur-van Santen
- E.J. van Sandick
- T.H. Tanja-van den Broek
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid voor schade aan gestolen pendule
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 27 maart 2008 uitspraak gedaan in hoger beroep over de aansprakelijkheid voor schade aan een gestolen pendule. De appellanten, [appellante] en [appellant], stelden dat zij recht hadden op schadevergoeding van de geïntimeerden, die betrokken waren bij de heling van de pendule. De primaire vordering was gebaseerd op een cessie van de vordering van de echtgenoot van [appellante], die eigenaar was van de pendule. De appellanten vorderden schadevergoeding op grond van onrechtmatige daad, maar het hof oordeelde dat de primaire vordering niet toewijsbaar was. De gestelde schade bestond uit taxatie- en reparatiekosten, maar het hof oordeelde dat de appellanten onvoldoende bewijs hadden geleverd dat deze kosten daadwerkelijk waren gemaakt en dat er een causaal verband bestond tussen de schade en de handelingen van de geïntimeerden.
Het hof verwierp ook de subsidiaire vordering van [appellante], die stelde dat zij als houder van de pendule recht had op schadevergoeding. Het hof concludeerde dat de grieven van de appellanten niet tot vernietiging van het vonnis konden leiden en bekrachtigde het vonnis van de rechtbank. De appellanten werden veroordeeld in de kosten van het hoger beroep. Dit arrest benadrukt het belang van voldoende bewijs bij het stellen van schadevorderingen en de noodzaak om een duidelijk causaal verband aan te tonen tussen de schade en de handelingen van de tegenpartij.