Uitspraak: 19 juli 2007
Rolnummer: 06/630
Rolnr. rechtbank: 04-1722
HET GERECHTSHOF TE 'S-GRAVENHAGE, eerste civiele kamer, heeft het volgende arrest gewezen in de zaak van
BBM GLAS B.V.,
gevestigd te Bodegraven,
appellante,
hierna te noemen: BBM Glas,
procureur: mr. W. Heemskerk,
[Naam], h.o.d.n. Uitzendbureau Van Stad B.V. i.o.,
wonende te 's-Gravenhage,
geïntimeerde,
hierna te noemen: [geïntimeerde],
niet verschenen.
Bij exploot van 1 mei 2006 is BBM Glas in hoger beroep gekomen van het vonnis van 1 februari 2006 door de rechtbank te 's-Gravenhage gewezen tussen partijen. Bij memorie van grieven (met producties) heeft BBM Glas drie grieven tegen het vonnis aangevoerd. Daarna heeft BBM Glas de stukken overgelegd en arrest gevraagd.
Beoordeling van het hoger beroep
Geen grieven zijn gericht tegen de door de rechtbank in het bestreden vonnis onder 1.1 tot en met 1.3 opgenomen feiten, zodat ook het hof daarvan uitgaat. Gezien deze feiten en hetgeen overigens uit de in zoverre niet bestreden producties blijkt gaat het in deze zaak om het volgende.
1. [geïntimeerde], die sedert 20 november 2002 onder de naam Van Stad een uitzendbureau drijft, heeft in de weken 9 tot en met 17 van 2003 een uitzendkracht ter beschikking gesteld aan BBM Glas. In verband daarmee heeft hij BBM Glas facturen verzonden tot een totaalbedrag van € 5.012,28, inclusief BTW. BBM Glas heeft betaling van dit bedrag geweigerd, zich op het standpunt stellend dat zij door ondeugdelijk werk, verricht door uitzendpersoneel van Van Stad, tot een bedrag van € 53.514,35 schade heeft geleden, waarmee zij de vordering van [geïntimeerde] wil verrekenen.
2. In het bestreden vonnis is BBM Glas veroordeeld tot betaling van de openstaande facturen, vermeerderd met de daarover verschuldigde handelsrente, tot 5 mei 2004 vastgesteld op € 481,85, en is de ter zake van de gestelde schade ingestelde reconventionele vordering van BBM Glas afgewezen. BBM Glas is verwezen in de proceskosten van de procedures in conventie en reconventie. De rechtbank overwoog daarbij dat voor zover BBM Glas een vordering tot vergoeding van bij uitzendwerkzaamheden veroorzaakte schade zou hebben, dit een vordering betreft op (het door de vader van [geïntimeerde] gedreven uitzendbureau) The Best One, en dus niet op Van Stad, zodat zij zich in conventie ook niet op opschorting of verrekening kan beroepen.
3. In de hiertegen gerichte grieven heeft BBM Glas benadrukt dat in de periode van 16 maart tot 8 mei 2003 voor haar werkzaamheden zijn verricht door uitzendpersoneel van Van Stad en dat de schade waarvan vergoeding wordt gevorderd is ontstaan in de periode van 17 februari tot en met 2 mei 2003. Verder heeft BBM Glas, naar het hof uit haar verwijzing naar de door haar in hoger beroep nader ingebrachte producties begrijpt, aangevoerd dat de schade betrekking had op klachten van de aannemingsmaatschappij Novito Bouw BV over de wijze waarop in de periode omstreeks 13 maart tot 8 mei 2003 aan de beglazing van diverse woningen te Katwijk de kitwerken waren aangebracht. Ter nadere onderbouwing van een en ander heeft BBM Glas achtereenvolgens in het geding gebracht haar aan [geïntimeerde] gerichte brief van 30 oktober 2003, waarin zij verzoekt om "overschrijving van onze claim t.w. € 53.514,35", enkele door haar afgetekende urenbriefjes van Van Stad, een tweetal aan haar gerichte faxberichten, gedateerd 13 maart en 8 mei 2003 en afkomstig van Novito Bouw BV, en een, naar het hof begrijpt, aan mr. Turnhout van Novito Bouw BV gerichte faxbrief van 15 mei 2003. Zij meent dat de rechtbank haar eerder gedane bewijsaanbod ten onrechte en zonder motivering heeft gepasseerd.
4. Uit de overgelegde faxbrieven van Novito Bouw BV van achtereenvolgens 13 maart en 8 mei 2003 blijkt dat laatstgenoemde niet akkoord ging met de wijze waarop (personeel van) BBM Glas de kitwerkzaamheden aan de beglazing had aangebracht. BBM Glas is daarin tevens tot herstel aangemaand. Dit herstel heeft, zo begrijpt het hof uit het aan Novito Bouw gerichte faxbericht van BBM Glas van 15 mei 2003, spoedig daarna plaatsgevonden; blijkens die fax is het (naar het hof begrijpt: herstelde) kitwerk medio mei alsnog door Novito Bouw goedgekeurd.
5. Uit een en ander volgt dat, voor zover BBM Glas stelt dat het ondeugdelijke kitwerk was toe te schrijven aan (uitzendpersoneel van) [geïntimeerde], zij reeds in maart 2003 met zowel de (dreigende) schade als met de daarvoor aansprakelijke persoon bekend was. Niettemin heeft BBM Glas [geïntimeerde] pas bij brieven van 13 en 30 oktober 2003 op de hoogte gebracht van de beweerdelijk door diens uitzendpersoneel gepleegde wanprestatie. Aldus heeft BBM Glas [geïntimeerde] niet alleen de mogelijkheid ontnomen om zich tegen de aantijgingen te verweren, maar ook om herstel ervan aan te bieden. Het hof is daarom met [geïntimeerde], zoals door hem reeds in eerste instantie betoogd, van oordeel dat BBM Glas niet heeft geprotesteerd binnen bekwame tijd als bedoeld in artikel 6:89 van het Burgerlijk Wetboek (BW), zodat zij zich niet meer met vrucht op de beweerdelijke wanprestatie van [geïntimeerde] kan beroepen. Dit klemt temeer nu BBM Glas het ondeugdelijke kitwerk medio mei 2003 kennelijk in eigen opdracht en zonder medewerking of instemming van [geïntimeerde] heeft hersteld of laten herstellen. Zonder nadere toelichting, die ontbreekt, valt niet in te zien op grond waarvan de eventuele in verband met die (eigen) opdracht gemaakte kosten voor rekening van [geïntimeerde] zouden moeten worden gebracht.
6. Aangezien het bewijsaanbod van BBM Glas, voor zover zij heeft bedoeld dit in hoger beroep te herhalen, slechts betrekking heeft op de beweerdelijke wanprestatie van (uitzendpersoneel van) [geïntimeerde] wordt dit met het oog op het vorenoverwogene als niet ter zake doende gepasseerd. De door BBM Glas tegen het vonnis van 1 februari 2006 voorgedragen grieven kunnen dan ook niet leiden tot vernietiging ervan, zodat het vonnis zal worden bekrachtigd. Voor zover BBM Glas ter zake van het geding in hoger beroep kosten heeft gemaakt zal zij die zelf moeten dragen nu zij in het ongelijk is gesteld.
- bekrachtigt het vonnis waarvan beroep.
Dit arrest is gewezen door mrs. A. Dupain, A.V. van den Berg en A.E.A.M. van Waesberghe en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 19 juli 2007 in aanwezigheid van de griffier.