ECLI:NL:GHSGR:2007:BA9733
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Schuurman
- P. Vierhout
- A. Visser
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen WOZ-waardering van onroerende zaken door Stichting Delftwonen
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Gravenhage op 24 mei 2007, gaat het om een beroep van de Stichting Delftwonen tegen de uitspraken van de Inspecteur, het Hoofd Belastingen van de gemeente Delft, betreffende de WOZ-waardering van 30 onroerende zaken. Dit beroep is een vervolg op een eerdere tussenuitspraak van 29 december 2006, waarin de zaak was gesplitst in 69 afzonderlijke zaken. De belanghebbende, Stichting Delftwonen, bepleit hogere waarden voor de onroerende zaken dan die door de heffingsambtenaar zijn vastgesteld. Het Hof oordeelt dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat het belanghebbende ontbreekt aan processueel belang. Dit betekent dat de waarde die de belanghebbende voorstelt niet hoger is dan de waarde die door de Inspecteur is vastgesteld, waardoor er geen grond is voor het beroep.
Het Hof verwijst naar de eerdere tussenuitspraak en de relevante feiten die daarin zijn vastgesteld. Het procesverloop wordt kort samengevat, waarbij het Hof aangeeft dat de uitspraken op bezwaar door de Inspecteur zijn gedaan en dat deze in deeluitspaken zijn vervat. De belanghebbende heeft in beroep een standpunt ingenomen over de waardering van de woningen, maar het Hof concludeert dat de argumenten niet voldoende zijn om het beroep ontvankelijk te verklaren.
De beslissing van het Hof is dat de belanghebbende niet-ontvankelijk wordt verklaard in het beroep. De uitspraak is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, en de ondertekening van de uitspraak is gedaan door mr. Vierhout, omdat de voorzitter verhinderd was. De belanghebbende kan binnen zes weken na de uitspraak beroep in cassatie instellen bij de Hoge Raad der Nederlanden, waarbij specifieke vereisten voor het beroepschrift in acht moeten worden genomen.