ECLI:NL:GHSGR:2007:BA6071
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- J. Borgesius
- S.K. Welbedacht
- C.G.M. van Rijnberk
- Rechtspraak.nl
Verjaring van de tenlastegelegde overtredingen en niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Gravenhage werd behandeld, ging het om een hoger beroep tegen een vonnis van de economische politierechter in de rechtbank te 's-Gravenhage, gewezen op 6 juli 2004. De verdachte, geboren in 1961, was eerder veroordeeld voor verschillende overtredingen, waarvoor hij een geldboete en hechtenis opgelegd had gekregen. Het hoger beroep werd ingesteld op 9 juli 2004, maar het hof constateerde dat er gedurende de twee jaren na de veroordeling geen vervolging had plaatsgevonden. Dit leidde tot de conclusie dat de verjaringstermijn, zoals vastgelegd in artikel 70 van het Wetboek van Strafrecht, was verstreken. Hierdoor was het recht tot strafvordering vervallen.
Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal, die vroeg om niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie, gevolgd. De advocaat-generaal had geconcludeerd dat het openbaar ministerie niet meer kon vervolgen vanwege het verval van het recht om te vervolgen. Het hof heeft het vonnis van de eerste aanleg vernietigd voor zover het aan zijn oordeel was onderworpen en heeft het openbaar ministerie niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van de verdachte. Dit arrest is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 21 maart 2007, na een zorgvuldige afweging van de feiten en de procesgang.