2.1 Geïntimeerden zijn ieder op grond van een arbeidsovereenkomst in dienst bij Zorgsaam als ambulanceverpleegkundige. Van toepassing is de CAO Zieken-huizen die voorziet in een functiewaardering per 1 januari 2000 verder te noemen FWG 3.0.
2.2 Uitgangspunt bij FWG 3.0 is de door de werkgever op te stellen functie-beschrijving. Vervolgens moet de beschreven functie worden gewaardeerd en ingedeeld in een functiegroep.
2.3 Bij de indeling wordt rekening gehouden met zogeheten ijkfuncties. Dit zijn functies uit de praktijk die door deskundigen nauwkeurig zijn gewaardeerd. De ijkfuncties waarvan het functie-eisenpatroon het dichtst ligt bij dat van de in te delen functie, bieden voor de functie-indeler vergelijkingsmateriaal. In de praktijk zal een ijkfunctie niet exact overeenstemmen met de in te delen functie.
2.4 De beschrijving van de functie ambulanceverpleegkundige dateert van 10 januari 2002. Zorgsaam heeft aan ieder van de geïntimeerden een indelings-voorstel gedaan, inhoudende dat de functie werd ingedeeld in functiegroep 55. Bij dit voorstel zijn de gezichtspunten sociale vaardigheden en uitdrukkings-vaardigheid gewaardeerd op respectievelijk G en B.
2.5 Geïntimeerden waren het hiermee niet eens. Overeenkomstig de voor FWG 3.0 geldende procedure zijn namens hen bezwaren voorgelegd aan de Interne bezwarencommissie. Zij hebben aangevoerd dat de genoemde gezichtspunten een H en een C scoren en dat de functie moet worden ingedeeld in functiegroep 60. De commissie heeft Zorgsaam geadviseerd de scores G en B voor de gezichtspunten sociale vaardigheden en uitdrukkingsvaardigheid te handhaven. Zorgsaam heeft op grond van dit advies haar indelingsvoorstel niet gewijzigd en de functie formeel ingedeeld in functiegroep 55.
2.6 Namens geïntimeerden is een oordeel gevraagd over hun bezwaren tegen deze indeling aan de Landelijke commissie functiewaardering (verder te noemen LCF). Ingevolge FWG 3.0 heeft de LCF tot taak een oordeel te geven over de indeling van een functie indien tussen werkgever en werknemer een geschil bestaat over de vraag of FWG 3.0 goed is toegepast. De commissie geeft haar oordeel in de vorm van een zwaarwegend advies, waarvan de werkgever
gemotiveerd kan afwijken. De LCF heeft geadviseerd dat voor het gezichtspunt sociale vaardigheden normtekst H van toepassing is en voor het gezichtspunt uitdrukkingsvaardigheid de normtekst B. Zij is van oordeel dat de functie moet worden ingedeeld in functiegroep 60. Bij brief van 11 juni 2003 heeft Zorgsaam aan geïntimeerden meegedeeld het advies van de LCF deels niet over te nemen. Zij handhaaft de G voor het gezichtspunt sociale vaardigheden en de B voor het gezichtspunt uitdrukkingsvaardigheid. De indeling blijft in functiegroep 55.
2.7 De normtekst B voor het gezichtspunt uitdrukkingsvaardigheid luidt:
“Het geven van mondelinge toelichting ten aanzien van onderwerpen van zorginhoude-lijke, technische, zakelijk of procedurele aard met een in- of externe bestemming. Daarnaast wordt voornamelijk intern gerichte, eenvoudige of standaard-correspondentie verzorgd. Eventueel aangevuld met een andere algemeen gebruikelijke uitdrukkingswijze zoals zelf ontworpen grafieken, eenvoudige technische schetsen of natuurlijke gebarentaal/mimiek in zorgverlenende situaties.”
2.8 De normtekst C voor het gezichtspunt uitdrukkingsvaardigheid luidt:
“Gespreksvoering en schriftelijke informatieoverdracht ten aanzien van onderwerpen van zorginhoudelijke, technische, zakelijk of procedurele aard met een in- of externe bestemming. Eventueel aangevuld met een andere algemeen gebruikelijke uitdrukkings-wijze zoals zelf ontworpen grafieken, eenvoudige technische schetsen of natuurlijke gebarentaal/mimiek in zorgverlenende situaties.”
2.9 De normtekst G voor het gezichtspunt sociale vaardigheden luidt, voor zover van belang:
“De functie wordt gekenmerkt door redelijk intensieve contacten met patiënten, waarbij naast somatische zorg een belangrijk deel van de zorg bestaat uit het - eventueel gedurende langere tijd - psychosociaal begeleiden en/of stimuleren van patiënten tot optimale prestaties of een zekere veranderingsbereidheid;
of:
het onderhouden van redelijk intensieve contacten waarbij tegengestelde belangen moeten worden overbrugd door middel van overleg niet en/of advisering van anderen.”
2.10 De normtekst H voor het gezichtspunt sociale vaardigheden luidt, voor zover van belang:
“De functie wordt gekenmerkt door intensieve en langdurige contacten met patiënten tijdens verpleging en/of begeleiding, waarbij regelmatig in crisissituaties moet worden gehandeld,
of
complexe in- en externe overleg-, onderhandelsituaties of beleidsadvisering in situaties met tegengestelde, uiteenlopende belangen, waarbij weerstanden moeten worden overwonnen.”
2.11 De functiebeschrijving volgens FWG 3.0 van de in te delen functie houdt in:
“sociale vaardigheden zijn van belang tijdens het vaak intensieve contact niet (getraumatiseerde) patiënten en hun begeleiders (diversiteit patiëntenpopulatie). Hierbij worden eisen gesteld aan klantgerichte houding, het goed kunnen luisteren, invoelend vermogen, gespreksvoering, het wekken van belangstelling, het overbruggen van tegenstellingen en overtuigingskracht. De functionaris dient overwicht te hebben in crisissituaties.”
2.12 De functiebeschrijving van de ijkfunctie ambulanceverpleegkundige houdt in:
“de frequent zeer intensieve contacten met patiënten en anderen in crisissituaties, de samenwerking niet collega's, artsen en andere hulpverleners en het instrueren van ambulancepersoneel stellen hoge eisen aan met name tact, hulpvaardigheid, intermense-lijke zorg en aandacht, overredingskracht en het bepalen en bewaren van de eigen houding.”
2.13 De LCF heeft in haar uitspraken van maart 2003, verzonden op 1 april 2003, onder meer overwogen:
“Wat betreft het gezichtspunt Sociale vaardigheden is de LCF van oordeel dat normtekst H van toepassing is, gelet op de interne en externe contacten die worden onderhouden en gelet op de diversiteit, aard en het karakter van deze contacten. Tijdens de ambulancehulpverlening is sprake van frequente, intensieve contacten waarbij veelal in crisissituaties moet worden gehandeld. Daarbij worden hoge eisen gesteld aan tact, hulpvaardigheid, intermenselijke zorg en aandacht, overredingskracht en het bepalen en bewaren, van de eigen houding. Het geheel van de activiteiten tilt de functie ten opzichte van dit gezichtspunt naar niveau H, ook al is in deze functie niet sprake van langdurige contacten. Naar het oordeel van de LCF is het karakter van de functie Ambulance Verpleegkundige bij Stichting ZorgSaam Zeeuws Vlaanderen op dit gezichtspunt vergelijkbaar met de in het FWG 3.0 systeem opgenomen ijkfunctie Ambulance-verpleegkundige.
Wat betreft het gezichtspunt Uitdrukkingsvaardigheid is de LCF van oordeel dat normtekst B voldoet. Alle in de functiebeschrijving opgenomen voorbeelden passen binnen de normtekst B. Ook de bij deze normtekst gegeven voorbeelden worden passend geacht waardoor de LCF geen aanleiding ziet om een andere waardering op dit gezichtspunt te adviseren.
(…)
“Het systeemadvies is functiegroep 60. Een vergelijking met de functie-eisenpatronen en de inhoud van de getoonde ijkfuncties laat zien dat de functie balanceert op de grens van de groepen 55 en 60. Inhoudelijk komt de functie in veel opzichten overeen met de ijkfunctie Ambulanceverpleegkundige, doch de hogere waardering op het gezichtspunt
Overige Functie-eisen tilt naar het oordeel van de LCF het niveau juist over de groepsgrens. De LCF komt dan ook, mede gelet op het hele functie-eisenpatroon, tot het oordeel dat de functie dient te worden ingedeeld in functiegroep 60.”
2.14 Zorgsaam heeft besloten tot handhaving van de indeling in functiegroep 55. Zorgsaam heeft daarbij over het gezichtspunt Sociale vaardigheden opgemerkt dat dat wordt gehandhaafd (blijft G) met als motivering:
“In de normtekst is de crisissituatie gekoppeld aan de langdurige contacten. Bij de functie van Ambulanceverpleegkundige is hier geen sprake van. Hier zou wel sprake van zijn indien er een dubbelfunctie was (Spoedeisende Hulp/Ambulanceverpleegkundige).”
Voorts heeft Zorgsaam medegedeeld het gezichtspunt Uitdrukkingsvaardigheid over te nemen van de LCF (blijft B).