ECLI:NL:GHSGR:2004:AR3106
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- E. Engel
- R. van Riel
- Rechtspraak.nl
Vergoeding proceskosten bij niet tijdig verstrekken van informatie door belanghebbende in belastingzaak
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Gravenhage op 17 augustus 2004, ging het om een beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Inspecteur van de Belastingdienst met betrekking tot de aan hem opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting voor het jaar 2000. Belanghebbende had in zijn aangifte een belastbaar inkomen van ƒ 41.809 aangegeven, waarbij hij een bedrag van ƒ 16.113 als aftrekpost voor de eigen woning had opgevoerd. De Inspecteur verzocht herhaaldelijk om nadere informatie over de inkomsten uit de eigen woning, maar belanghebbende verstrekte deze informatie niet tijdig. Dit leidde tot een aanslag die door belanghebbende werd bestreden.
Tijdens de mondelinge behandeling op 3 augustus 2004, waar de Inspecteur niet aanwezig was, werd de zaak besproken. Belanghebbende stelde dat de verzoeken om informatie onnodig waren en dat hij onheus was behandeld door de Belastingdienst. De Inspecteur betwistte dit en stelde dat de proceskostenvergoeding niet aan de orde kon zijn, omdat belanghebbende niet bereid was om de gevraagde bewijsstukken te overleggen.
Het Hof oordeelde dat belanghebbende verwijtbaar had gehandeld door niet tijdig de gevraagde informatie te verstrekken. Daarom was er geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding. Het beroep werd gegrond verklaard, de eerdere uitspraak werd vernietigd, en de aanslag werd gehandhaafd zoals die luidde na de beschikking van 4 november 2003, waarbij het belastbare inkomen op ƒ 41.708 werd vastgesteld. Tevens werd de Staat der Nederlanden gelast het griffierecht van € 29 aan belanghebbende te vergoeden. De uitspraak werd mondeling gedaan, met de mogelijkheid voor partijen om binnen vier weken een schriftelijke uitspraak aan te vragen.