ECLI:NL:GHSGR:2001:AE0290
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. Stoker-Klein
- A. Noordam
- J. Den Os
- Rechtspraak.nl
Moord in relationele sfeer met psychische overmacht als verweer
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 13 maart 2001 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de verdachte, die beschuldigd werd van moord. De verdachte, geboren in Turkije in 1976, heeft op 15 juli 2000 in Rotterdam zijn ex-partner, met wie hij wilde trouwen, met een mes meermalen gestoken in een drukke winkelstraat, terwijl hun tweejarige dochtertje en een ander kind toekeken. De verdachte heeft in hoger beroep betoogd dat hij handelde uit psychische overmacht, maar het hof verwierp dit verweer. Het hof oordeelde dat de verdachte, ondanks zijn culturele achtergrond en de druk waaronder hij verkeerde, redelijkerwijs weerstand had moeten bieden aan de drang om het slachtoffer te doden. De verdachte had eerder overwogen om zowel het slachtoffer als zichzelf met een vuurwapen te doden, maar had dit niet uitgevoerd vanwege het ontbreken van een wapen. Het hof concludeerde dat de verdachte zich in een situatie had gebracht waarin hij niet in staat was om zijn emoties te beheersen, maar dat dit niet voldoende was om hem van rechtsvervolging te ontslaan. De ernst van het feit, gepleegd op een openbare plek en met een groot risico voor de omstanders, leidde tot een veroordeling tot negen jaar gevangenisstraf. Het hof benadrukte dat moord een van de ernstigste misdrijven is en dat de gevolgen voor de nabestaanden van het slachtoffer langdurig en ingrijpend zijn. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van negen jaar, met aftrek van voorarrest, en het hof vernietigde het eerdere vonnis van de rechtbank.