ECLI:NL:GHLEE:2012:BY6934
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot vervolging inzake de verdwijning van [slachtoffer]
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 20 december 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep over een klacht van klaagster, die zich richtte tegen de beslissing van de officier van justitie om beklaagden niet te vervolgen voor de verdwijning van haar nichtje, [slachtoffer]. De klacht is ingediend op 27 februari 2012 en betreft de gebeurtenissen rondom de vermissing van [slachtoffer] op 14 januari 1992. Klaagster stelt dat er voldoende aanwijzingen zijn voor een strafbaar feit, terwijl de advocaat-generaal van mening is dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is om tot vervolging over te gaan.
Het hof heeft vastgesteld dat er in de jaren na de verdwijning meerdere opsporingsonderzoeken zijn uitgevoerd, waaronder het Batavus 09-onderzoek door de Regiopolitie Drenthe. Ondanks de inzet van middelen en het horen van getuigen, heeft dit onderzoek geen duidelijkheid kunnen verschaffen over de omstandigheden van de verdwijning van [slachtoffer]. Het hof concludeert dat er geen bewijs is dat [slachtoffer] door een misdrijf om het leven is gekomen, en dat de aangifte van klaagster onvoldoende wordt ondersteund door andere bewijsmiddelen.
Daarom heeft het hof geoordeeld dat er geen aanleiding is om beklaagden te vervolgen en heeft het de klacht van klaagster afgewezen. De beschikking is gegeven door de rechters J.J. Beswerda, A. Dijkstra en P.W.J. Sekeris, in tegenwoordigheid van griffier E.J. Schwerzel. De zaak heeft belangrijke vragen opgeroepen over de rol van de betrokkenen en de effectiviteit van het opsporingsonderzoek, maar het hof heeft geen basis gevonden voor een strafrechtelijke vervolging.