ECLI:NL:GHLEE:2012:BV2362
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- R.A. Zuidema
- M.E.L. Fikkers
- A.W. Jongbloed
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de beëindigingsovereenkomst en wilsgebrek bij werkgever in het arbeidsrecht
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Harsco Infrastructure Industrial Services B.V. (voorheen SGB Cleton B.V.) tegen een vonnis van de rechtbank Assen, waarin de beëindiging van de arbeidsovereenkomst met [geïntimeerde] werd behandeld. De centrale vraag is of de overeenkomst onder voorwaarden is aangegaan die zijn vervuld en of er sprake is van een wilsgebrek bij de werkgever. De feiten zijn als volgt: [geïntimeerde] was in dienst bij SGB en bekleedde de functie van vestigingsmanager. Na een onderzoek naar mogelijke onregelmatigheden heeft SGB met [geïntimeerde] gesproken over beëindiging van zijn dienstverband. Uiteindelijk werd er een beëindigingsovereenkomst gesloten, maar SGB stelde later dat deze overeenkomst onder voorwaarden was gesloten die niet waren nageleefd, omdat [geïntimeerde] inmiddels in dienst was getreden bij Clefi, een concurrent. SGB vorderde terugbetaling van de beëindigingsvergoeding en stelde dat [geïntimeerde] zijn mededelingsplicht had geschonden. De kantonrechter wees de vorderingen van SGB af, wat leidde tot het hoger beroep. Het hof oordeelde dat SGB niet voldoende bewijs had geleverd voor haar stellingen en dat de beëindigingsovereenkomst rechtsgeldig was. Het hof bekrachtigde het vonnis van de kantonrechter en veroordeelde SGB in de proceskosten.