ECLI:NL:GHLEE:2012:BV1083
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- M.W. Zandbergen
- W. Breemhaar
- K.M. Makkinga
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige hinder door onthouding van licht door voorgenomen uitbouw
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [appellant] tegen een vonnis van de voorzieningenrechter van de rechtbank Groningen, waarin de vorderingen van [geïntimeerden] zijn toegewezen. De zaak betreft de onrechtmatige hinder als bedoeld in artikel 5:37 BW, veroorzaakt door de voorgenomen uitbouw van de woning van [appellant]. De rechtbank had geoordeeld dat de uitbouw een onrechtmatige daad oplevert, omdat deze de lichtinval in de keuken van [geïntimeerden] aanzienlijk zou verminderen.
De feiten zijn als volgt: [geïntimeerden] zijn eigenaren van een woning die grenst aan de woning van [appellant]. De woningen worden gescheiden door een smalle doorgang. [appellant] heeft een bouwvergunning gekregen voor een uitbouw die de afstand tot de woning van [geïntimeerden] zou verkleinen. [geïntimeerden] hebben bezwaar gemaakt tegen deze vergunning, omdat zij vrezen voor een vermindering van lichtinval in hun woning. De gemeente heeft het bezwaar ongegrond verklaard, waarna [geïntimeerden] naar de voorzieningenrechter zijn gestapt.
In hoger beroep heeft [appellant] vier grieven ingediend, die alle betrekking hebben op de vraag of de uitbouw onrechtmatige hinder toebrengt aan [geïntimeerden]. Het hof heeft de grieven gezamenlijk behandeld en is tot de conclusie gekomen dat de uitbouw inderdaad onrechtmatige hinder oplevert. Het hof heeft de vaststelling van de rechtbank over de lichtinval onderschreven en geoordeeld dat de uitbouw de lichtinval in de keuken van [geïntimeerden] aanzienlijk zal verminderen.
Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank en veroordeelt [appellant] in de kosten van het geding in hoger beroep. De uitspraak is gedaan op 17 januari 2012.