ECLI:NL:GHLEE:2011:BT2631

Gerechtshof Leeuwarden

Datum uitspraak
23 september 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-002074-10
Instantie
Gerechtshof Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een verslaafde veelpleger wegens winkeldiefstallen en lokaalvredebreuk

In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 23 september 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte, een veelpleger met een verslavingsgeschiedenis, werd veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie weken wegens twee winkeldiefstallen en lokaalvredebreuk. Het hof heeft rekening gehouden met eerdere veroordelingen van de verdachte, waarbij hij eerder een voorwaardelijke gevangenisstraf met bijzondere voorwaarden, waaronder een verslavingsbehandeling, opgelegd had gekregen. De verdachte had op 6 mei 2010 vier pakken Pampers gestolen en op 21 januari 2010 een GSM/navigatiesysteem, beide toebehorende aan verschillende winkelbedrijven. Daarnaast had hij wederrechtelijk een besloten lokaal betreden, terwijl hem eerder de toegang was ontzegd.

Tijdens de zitting op 9 september 2011 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die een werkstraf van veertig uren had geëist. De raadsman van de verdachte pleitte voor een voorwaardelijke gevangenisstraf, gezien de aanstaande opname van de verdachte voor een afkickbehandeling. Het hof heeft besloten om de eerder opgelegde bijzondere voorwaarden niet te doorkruisen en heeft de verdachte een voorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd, met een proeftijd van twee jaar. Het hof heeft de verdachte vrijgesproken van andere ten laste gelegde feiten die niet bewezen zijn verklaard. De beslissing is genomen op basis van de artikelen 14a, 14b, 14c, 57, 63, 138 en 310 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze golden ten tijde van het bewezen verklaarde.

Uitspraak

Gerechtshof Leeuwarden
Sector strafrecht
Parketnummer: 24-002074-10
Uitspraak d.d.: 23 september 2011
TEGENSPRAAK
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad van 23 augustus 2010 in de in eerste aanleg gevoegde strafzaken, parketnummers 07-693075-10 en 07-696243-10, tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [1963],
wonende te [woonplaats], [adres].
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof
van 9 september 2011 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek
van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot veroordeling van verdachte tot een werkstraf van veertig uren, subsidiair twintig dagen vervangende hechtenis. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen namens verdachte door zijn raadsman,
mr. R. ter Haar, naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen en opnieuw rechtdoen.
De tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
Zaak met parketnummer 07-693075-10:
1.
hij op of omstreeks 06 mei 2010 in de gemeente [gemeente] met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vier pakken Pampers, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan winkelbedrijf [bedrijf], gevestigd aan de [adres], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte.
Zaak met parketnummer 07-696243-10 (gevoegd):
1 primair.
hij op of omstreeks 21 januari 2010 in de gemeente [gemeente] met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een GSM/navigatiesysteem, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het winkelbedrijf [bedrijf] (filiaal [filiaal]), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
1 subsidiair.
hij op of omstreeks 21 januari 2010 in de gemeente [gemeente] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen een GSM/navigatiesysteem, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het winkelbedrijf [bedrijf] (filiaal [filiaal]), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, uit het schap/de aanbiedingenbak heeft gepakt en/of (vervolgens) heeft getracht de verpakking te openen en/of (vervolgens) de verpakking en/of het artikel onder zijn jas/mediamarktfolder heeft gestopt en/of (vervolgens) naar de kassa is gelopen en/of (vervolgens) (zonder het artikel te betalen) de kassa heeft gepasseerd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
1 meer subsidiair.
hij op of omstreeks 21 januari 2010 in de gemeente [gemeente] opzettelijk en wederrechtelijk een verpakking (van een GSM/navigatiesysteem), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het winkelbedrijf [bedrijf] (filiaal [filiaal]), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
2.
hij op of omstreeks 21 januari 2010 in de gemeente [gemeente] wederrechtelijk is binnengedrongen in een besloten lokaal gelegen aan het [adres] en in gebruik bij het winkelbedrijf [bedrijf], althans bij een ander of anderen dan bij verdachte, welke wederrechtelijkheid hieruit bestond dat hem, verdachte, op 05 juli 2009 (schriftelijk) voor twee (2) jaar de toegang tot dit perceel is ontzegd.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewezenverklaring
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat ten laste gelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, heeft het hof de overtuiging verkregen en acht het hof wettig bewezen, dat verdachte het in de zaak met parketnummer 07-693075-10 onder 1 en in de zaak met parketnummer 07-696243-10 onder 1 primair en 2 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
Zaak met parketnummer 07-693075-10:
1.
hij op 06 mei 2010 in de gemeente [gemeente] met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vier pakken Pampers toebehorende aan winkelbedrijf [bedrijf], gevestigd aan de [adres].
Zaak met parketnummer 07-696243-10 (gevoegd):
feit 1 primair.
hij op 21 januari 2010 in de gemeente [gemeente] met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een GSM/navigatiesysteem toebehorende aan het winkelbedrijf [bedrijf] (filiaal [filiaal]).
feit 2.
hij op 21 januari 2010 in de gemeente [gemeente] wederrechtelijk is binnengedrongen in een besloten lokaal gelegen aan het [adres] en in gebruik bij het winkelbedrijf [bedrijf] welke wederrechtelijkheid hieruit bestond dat hem, verdachte, op 05 juli 2009 schriftelijk voor twee (2) jaar de toegang tot dit perceel is ontzegd.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
het in de zaak met parketnummer 07-693075-10 onder 1 en in de zaak met parketnummer 07-696243-10 onder 1 primair bewezen verklaarde levert telkens op:
diefstal.
het in de zaak met parketnummer 07-696243-10 onder 2 bewezen verklaarde levert op:
in het besloten lokaal bij een ander in gebruik, wederrechtelijk binnendringen.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezen verklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een tweetal winkeldiefstallen. Dergelijke feiten veroorzaken hinder en schade bij de middenstand. Verder heeft verdachte zich er niet aan gestoord dat hem de toegang tot één van die winkels was ontzegd.
Het hof heeft voorts gelet op het de verdachte betreffend uittreksel uit de justitiële documentatie van 8 september 2011, waaruit blijkt dat verdachte meermalen onherroepelijk is veroordeeld voor soortgelijke en andere vermogensdelicten. Verder blijkt hieruit dat het hof op 31 mei 2011 in een drietal andere soortgelijke strafzaken tegen verdachte heeft beslist tot een voorwaardelijke gevangenisstraf met een proeftijd van twee jaren, waarbij (onder meer) als bijzondere voorwaarde is gesteld dat verdachte een klinische behandeling ondergaat bij de Stichting De Hoop te Beekbergen.
Het hof heeft daarnaast kennis genomen van diverse over verdachte uitgebrachte reclasseringsrapportages, kort gezegd inhoudende dat verdachte als veelpleger wordt aangemerkt en een langdurige verslavingsgeschiedenis heeft van cocaïne- en heroïnegebruik, waarbij afkickpogingen tot nu toe hebben gefaald.
Van de zijde van de raadman is ter zitting naar voren gekomen dat verdachte op korte termijn voor een afkickbehandeling zal worden opgenomen door tussenkomst van de verslavingszorg Tactus. De raadsman heeft in dat verband verzocht om een voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen.
Gelet op de eerder door het hof opgelegde bijzondere voorwaarde bij een voorwaardelijk strafdeel en de binnenkort te starten verslavingsbehandeling ziet het hof aanleiding om af te wijken van de in eerste aanleg opgelegde en door de advocaat-generaal gevorderde werkstraf. Aan verdachte zal daarom een voorwaardelijke gevangenisstraf worden opgelegd van na te melden duur om de uitvoering van de door het hof op 31 mei 2011 opgelegde bijzondere voorwaarde niet te doorkruisen en verdachte ervan te weerhouden om opnieuw over te gaan tot het plegen van strafbare feiten.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 57, 63, 138 en 310 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 07-693075-10 onder 1 en in de zaak met parketnummer 07-696243-10
onder 1 primair en 2 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het in de zaak met parketnummer 07-693075-10 onder 1 en in de zaak met parketnummer 07-696243-10 onder 1 primair en 2 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) weken.
Bepaalt dat de gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van 2 (twee) jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Aldus gewezen door
mr. J. Hielkema, voorzitter,
mr. T.M.L. Wolters en mr. J.A. Wiarda, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. H.D. Raven, griffier,
en op 23 september 2011 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
mr. J.A. Wiarda is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.