ECLI:NL:GHLEE:2011:BR1536
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen veroordeling voor hennepplanten en inbraak
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 14 juli 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 17 maart 2011. De verdachte werd beschuldigd van het opzettelijk aanwezig hebben van een grote hoeveelheid hennepplanten en van inbraak in een woning. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een werkstraf van 120 uren, subsidiair 60 dagen vervangende hechtenis, voor het bezit van hennepplanten. Voor de andere ten laste gelegde feiten, waaronder de inbraak, heeft het hof de verdachte vrijgesproken. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte niet-ontvankelijk zou worden verklaard in zijn hoger beroep voor de feiten 2 tot en met 7, en het hof heeft deze vordering gehonoreerd. Het hof heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen voor de inbraak, ondanks dat hij in de buurt van de plaats delict werd aangetroffen. De verdachte had wisselend verklaard over zijn betrokkenheid, maar het hof oordeelde dat het procesdossier niet voldoende aanknopingspunten bood om tot een veroordeling te komen. De uitspraak van het hof is gedaan in tegenwoordigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.