ECLI:NL:GHLEE:2011:BR1207
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep na mishandeling van echtgenoot
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 8 juli 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Assen, dat op 14 januari 2009 was gewezen. De verdachte, geboren in 1966 en wonende te [woonplaats], was aangeklaagd voor het opzettelijk mishandelen van zijn echtgenoot op of omstreeks 13 juni 2008 te [plaats]. De aanklacht hield in dat de verdachte zijn echtgenoot had geslagen en/of gestompt, wat had geleid tot letsel en pijn. Tijdens de zitting op 24 juni 2011 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die een werkstraf van 36 uren had geëist, subsidiair 18 dagen hechtenis.
Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd, omdat het tot een andere bewijsbeslissing kwam. Na het onderzoek ter terechtzitting heeft het hof geconcludeerd dat er onvoldoende wettige bewijsmiddelen waren om de verdachte te veroordelen voor de tenlastegelegde feiten. De rechters hebben vastgesteld dat de verdachte niet overtuigend kon worden beschuldigd van de mishandeling, waardoor de verdachte recht had op vrijspraak.
In de beslissing heeft het hof verklaard dat het niet bewezen acht dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij. Dit arrest is uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier, mr. G.M. Fondse, en is een belangrijke uitspraak in het strafrecht, waarbij de rechten van de verdachte centraal stonden.