ECLI:NL:GHLEE:2011:BQ9483
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- W.M. van Schuijlenburg
- G.M. Meijer-Campfens
- J.H. Bosch
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep voor mishandeling en bedreiging zonder overtuigend bewijs
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 24 juni 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Assen. De verdachte was aangeklaagd voor mishandeling en bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, gepleegd op 14 augustus 2009. De tenlastelegging omvatte twee feiten: de verdachte zou de aangever met een schep hebben geslagen, en hij zou de aangever hebben bedreigd met woorden die duiden op geweld. Tijdens de zitting heeft de advocaat-generaal bewijsstukken gepresenteerd, waaronder een foto van de verwondingen van de aangever en een geluidsopname van de bedreiging. Het hof heeft echter besloten deze bewijzen niet te gebruiken, omdat de herkomst en de relevantie ervan niet voldoende waren vastgesteld.
Het hof heeft geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs was om te stellen dat de verdachte daadwerkelijk met een schep had geslagen. De verklaringen van de verdachte over de woordenwisseling tussen hem en de aangever waren niet overtuigend genoeg om de bedreiging te onderbouwen, vooral omdat niet kon worden vastgesteld dat de verdachte op dat moment een schep vasthield. Daarom heeft het hof de verdachte vrijgesproken van beide ten laste gelegde feiten. Het vonnis van de politierechter is vernietigd, en het hof heeft opnieuw recht gedaan door te verklaren dat de verdachte niet bewezen kon worden geacht de feiten te hebben gepleegd.