ECLI:NL:GHLEE:2011:BQ8121
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- J. Huiskes
- E. Polak
- W.A.P. Nieuwenhuizen
- Rechtspraak.nl
Recht op jonggehandicaptenkorting in de inkomstenbelasting voor het jaar 2007
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden op 15 juni 2011, staat de vraag centraal of de belanghebbende recht heeft op de jonggehandicaptenkorting in de inkomstenbelasting voor het jaar 2007. De belanghebbende, geboren op 5 maart 1975, ontving in 2007 een bijstandsuitkering van de gemeente Den Haag en de gemeente Leeuwarden. In zijn aangifte voor de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PVV) heeft hij aanspraak gemaakt op de jonggehandicaptenkorting, maar de Inspecteur heeft deze korting buiten toepassing gelaten bij het opleggen van de aanslag.
Tijdens de zitting op 10 mei 2011 is de Inspecteur vertegenwoordigd, terwijl de belanghebbende niet is verschenen. De belanghebbende had een uitnodiging ontvangen voor de mondelinge behandeling, maar heeft deze niet opgevolgd. Het Hof heeft de standpunten van beide partijen in overweging genomen, waarbij de belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank en vermindering van de aanslag, terwijl de Inspecteur bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank bepleit.
Het Hof heeft vastgesteld dat de jonggehandicaptenkorting geldt voor belastingplichtigen die recht hebben op een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten, tenzij de ouderenkorting van toepassing is. De belanghebbende heeft een rapportage van een deskundige overgelegd, maar het Hof oordeelt dat hij onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij recht heeft op een Wajonguitkering. Het Hof concludeert dat de belanghebbende niet heeft aangetoond dat bevoegde instanties dit recht hebben vastgesteld.
Uiteindelijk heeft het Hof het hoger beroep ongegrond verklaard en de uitspraak van de Rechtbank bevestigd. Beide partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden. De uitspraak is openbaar uitgesproken en de griffier heeft de afschriften aangetekend verzonden.