De beoordeling
De feiten
1. De kantonrechter heeft in zijn vonnis een aantal feiten vastgesteld waarover tussen partijen geen geschil bestaat, zodat ook het hof van die feiten zal uitgaan. Mede gelet op hetgeen in dit hoger beroep als vaststaand heeft te gelden, kan van het volgende worden uitgegaan.
1.1 [appellant] heeft in het verleden meerdere aandelenleaseovereenkomsten gesloten met (de rechtsvoorgangers van) Dexia Bank Nederland (hierna: Dexia), waaronder een overeenkomst met de naam "WinstVerDriedubbelaar" met contractnummer [contractnummer] en een overeenkomst met de naam "Korting Kado" met contractnummer nummer [contractnummer2].
1.2 Dexia heeft [appellant] op 16 november 2005 een aanbod voor de Duisenberg-regeling gedaan, waarbij hem werd voorgehouden dat hij terzake van de per 10 juni 2002 met verlies beëindigde overeenkomst met contractnummer [contractnummer]
- na verrekening met positieve koersresultaten van eerdere leaseovereenkomsten - in aanmerking kon komen voor een terugbetaling van € 1.232,01. Voorts werd een indicatie gegeven van de vergoeding waarop [appellant] aanspraak zou kunnen maken bij beëindiging van de op dat moment nog lopende overeenkomst met contractnummer [contractnummer2] per de einddatum 9 september 2009.
1.3 [appellant] heeft Duisenberg-aanbod op 20 november 2005 aanvaard door ondertekening van het acceptatieformulier.
In dit acceptatieformulier staat ondermeer vermeld:
"Als de regeling tot een terugbetaling leidt wordt dit bedrag overgemaakt op rekeningnummer: [rekeningnummer] binnen de termijn zoals bepaald in artikel 3 van de Bepalingen Vaststellingsoverteenkomst Duisenberg-Regeling. Als dit rekeningnummer niet correct is, dient u eerst, voordat u dit acceptatieformulier terugstuurt, aan ons het juiste rekeningnummer door te geven."
1.4 Bij brief van 30 november 2005 heeft Dexia [appellant] een financieel overzicht gezonden en heeft hem ten aanzien van het door hem te ontvangen bedrag medegedeeld:
"Dexia Bank Nederland zal dit bedrag zo spoedig mogelijk op uw rekening storten met het nummer [rekeningnummer2]."
1.5 Op 9 maart 2006 heeft [appellant] de voorzitter van de raad van bestuur van Dexia ondermeer het volgende geschreven:
"Met uw brief van 16 november 2005 hebt u mij een acceptatieformulier Vaststellingsovereenkomst Duisenberg-Regeling toegezonden, die ik u op 20.11.2005 voor akkoord getekend heb geretourneerd.
In dit formulier staan de juiste gegevens ook het goede bankrekeningnummer.
Met uw brief van 30 november (…) hebt u de ontvangst bevestigd en mij medegedeeld dat ik van u zou ontvangen een bedrag van € 1.003,96.
Helaas hebt u of een van uw medewerkers nu opeens een ander bankrekeningnummer vermeld. Ik heb u laten weten dat dit fout is en dat u het nummer genoemd in acceptatieformulier dient te gebruiken.
Daarna is de ellende begonnen. Het mij toekomende bedrag is nooit aan mij overgemaakt. (."..)
Zolang het bedrag van € 1.003,96 niet is betaald gebruik ik dit als betaling van de termijnen, die ik aan u moet betalen vanwege contractnummer [contractnummer2]. (…)"
1.6 Bij brief van 22 maart 2006 heeft Dexia [appellant] in antwoord op zijn brief van 9 maart 2006 het volgende bericht:
"In antwoord op uw brief delen wij u mee dat wij zo spoedig mogelijk overgaan tot uitbetaling van de Duisenberg-vergoeding op uw rekeningnummer [rekeningnummer]. Met deze vergoeding van € 1.003,96 worden de niet door u betaalde maandtermijnen 77 en 78 van uw overeenkomst [contractnummer2] verrekend.
Wij bieden u onze excuses aan dat wij de vergoeding eerder naar een verkeerd rekeningnummer hebben uitbetaald. (…). "
1.7 Op 26 mei 2006 heeft [appellant] Dexia het volgende geschreven:
"Het wordt tijd dat u zich verdiept in mijn dossier en ophoud met het zenden van allerlei dreigbrieven. (…) Ik heb geen enkele achterstand bij u en de situatie is alf volgt:
Inzake de Duisenberg regeling heb ik een tegoed bij u van € 1.232,01
af:
termijn 76 228,05 restant 1.003,96
termijn 77 228,05 restant 775,91
termijn 78 228,05 restant 547,86
termijn 79 228,05 restant 319,81
termijn 80 228,05 restant 91,76
termijn 81 228,05 restant 136,29 aan u te betalen
af:
korting kado 15.03 30,71
korting kado 04.05 85,44 blijft over aan u te betalen per 1 juni 2006 20,41
Dit bedrag zal ik per 1 juni aan u overmaken met vermelding:
ZIE SPECIFICATIE 26 MEI 2006
Hiermee is dus alles rechtgetrokken tot en met termijn 81(….)"
1.8 Op 21 juni 2006 heeft Dexia [appellant] een aangetekende brief gezonden met de aanhef: "betreft: aanzegging verkoop effecten en beëindiging overeenkomst [contractnummer2]", waarin zij schrijft:
"Ondanks herhaalde verzoeken en sommaties heeft u het openstaande bedrag uit hoofde van uw overeenkomst met contractnummer [contractnummer2] niet betaald. (…)Voor zover nodig en voor het geval u niet tijdig betaalt, stellen wij u nu voor alsdan in gebreken en zin wij ons genoodzaakt de overeenkomst conform de bijzondere voorwaarden te beëindigen. Dit betekent dat de effectenportefeuille gedwongen verkocht zal gaan worden.
1.9 Bij schrijven van 23 juni 2006 heeft [appellant] Dexia bericht:
"Heden heb ik aan u overgemaakt € 86,42 volgens specificatie:
Termijn 82 (onder protest) 228,05
af:
Korting Kado 25.05 20,14
Korting Kado 12.06 88,11
Korting Kado 14.06 33,38
Totaal af 141,63
--------
Restant 86,42"
1.10 Op 6 juli 2006 heeft Dexia [appellant] met betrekking tot de Duisenberg-vergoeding voor de leaseovereenkomst met nummer [contractnummer] onder meer geschreven:
"Wij hebben de gang van zaken met betrekking tot het uitbetalen van de u toegekende Duisenberg-vergoeding over bovenstaande overeenkomst onderzocht. Hierbij hebben wij geconstateerd dat het betreffende bedrag op 30 november 2005 werd overgemaakt naar het rekeningnummer [rekeningnummer2] dat in onze administratie staat vermeld bij bovenstaande overeenkomst evenals bij twee eerder beëindigde overeenkomsten.
De van u op 2 oktober 2003 ontvangen mutatieopdracht inzake het rekeningnummer werd mede door uw specifieke verwijzing hiernaar uitsluitend verwerkt voor uw lopende overeenkomst [contractnummer2]. In de automatisch aangemaakte Vaststellingsovereenkomst werd dit bankrekeningnummer overgenomen als behorende bij uw enige nog lopende overeenkomst. De uitbetaling vond echter plaats op contractniveau. Wij bieden u onze excuses aan voor deze omissie.
Inden het rekeningnummer [rekeningnummer2] op het moment van overmaking niet meer aan u toebehoorde, verzoeken wij u in verband met het bovenstaande ons hierover schriftelijk te informeren zodat wij een en anders alsnog kunnen corrigeren."
1.11 In antwoord daarop heeft [appellant] Dexia op 10 juli 2006 geschreven:
"op 2 oktober 2003 liep er slechts 1 overeenkomst met u nl. [contractnummer2] en er was geen enkele aanleiding om bij de mutatieopdracht inzake rekeningnummer te verwijzen naar andere overeenkomsten met u. Bovendien doet dit niet ter zake. Ik verwijs u naar acceptatieformulier van de heer [betr[betrokkene] van 16 november 2005. Hierin staat mijn rekeningnummer [rekeningnummer3]. De heer [betrokkene] schrijft mij zelfs in vette letters "Als dit rekeningnummer niet correct is, dient u enz." Het rekeningnummer is correct en ik hoef dus niets te ondernemen. Dit lijkt mij voor geen enkele andere conclusie vatbaar.
Daarom verzoek ik u nu dringend mij te bevestigen, dat er wat betreft contract [contractnummer2] geen enkele achterstand is ontstaan. (…) Ik heb begrepen dat het nu ook mogelijk is om met gebruikmaking van de Duisenberg regeling de overeenkomst tussentijds te beëindigen en ik stel u voor mij hiervoor een voorstel te doen. Ik kan dan bekijken, of ik hiervan gebruik zal maken.
Ik mag verder aannemen, dat het u inmiddels ook administratie duidelijk is dat rekeningnummer [rekeningnummer2] niet meer aan mij toebehoort en dat alleen rekeningnummer [rekeningnummer3] in uw administratie mag voorkomen."
1.12 Op 14 juli 2006 heeft Dexia de overeenkomst met contractnummer [contractnummer2] beëindigd, waarna zij [appellant] op 18 juli 2006 een eindafrekening heeft gestuurd.
1.13 Nadat [appellant] bij brief van 20 juli 2006 bezwaar had gemaakt tegen de gedwongen beëindiging van de leaseovereenkomst, heeft Dexia hem bij brief van 11 augustus 2006 (ondermeer) geschreven:
" (…) In verband met de voorafgaande ontwikkelingen en met name het feit dat het bedrag van de Duisenberg vergoeding voor overeenkomst [contractnummer] door ons werd overgemaakt op een rekening welke niet meer op uw naam bleek te staan, doen wij u het volgende aanbod.
Wij zullen de u in rekening gebrachte incassokosten kwijtschelden en de BKR-registratie van de betalingsachterstand laten verwijderen. Daarnaast zijn wij bereid om de per 14 juli 2006 gedwongen beëindigde overeenkomst [contractnummer2], indien door u gewenst, te herstellen. (…)"
1.14 [appellant] heeft bij brief van 14 augustus 2006 aan Dexia te kennen gegeven dat hij niet op haar voorstel in wenste te gaan.
1.15 Bij brief van 10 januari 2008 heeft EDR Incasso [appellant] namens Varde bericht dat Dexia haar vordering op [appellant] aan Varde heeft gecedeerd.