ECLI:NL:GHLEE:2011:BQ5143

Gerechtshof Leeuwarden

Datum uitspraak
28 februari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200.079.931
Instantie
Gerechtshof Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid verzoekende partij wegens niet tijdig betalen griffierecht

In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 28 februari 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep met zaaknummer 200.079.931. De verzoekende partij, vertegenwoordigd door advocaat mr. G.J. van Kammen, heeft een beroepschrift ingediend, maar heeft verzuimd het verschuldigde griffierecht binnen de gestelde termijn van vier weken te betalen. De belanghebbende, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.C. Lich, was betrokken bij deze procedure. Het hof heeft vastgesteld dat de verzoekende partij niet aan zijn verplichtingen heeft voldaan, wat leidt tot niet-ontvankelijkheid in het beroep. De beslissing is gebaseerd op artikel 282a, tweede lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, dat bepaalt dat indien het griffierecht niet tijdig is betaald, de verzoekende partij niet-ontvankelijk kan worden verklaard. Het hof heeft de verzoekende partij dan ook niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek in hoger beroep. Deze beschikking is uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Beschikking d.d. 28 februari 2011
Zaaknummer 200.079.931
HET GERECHTSHOF LEEUWARDEN
Beschikking in de zaak van
[verzoeker],
wonende te [woonplaats],
verzoekende partij in hoger beroep,
advocaat: mr. G.J. van Kammen, kantoorhoudende te Leeuwarden,
en
[belanghebbende],
wonende te [woonplaats],
belanghebbende,
advocaat: mr. J.C. Lich, kantoorhoudende te Roden.
Het geding in eerste aanleg en in hoger beroep
Het verloop van het geding in eerste aanleg en in hoger beroep blijkt uit:
- de beschikking van de rechtbank Leeuwarden van 6 oktober 2010;
- het op 6 januari 2011 ingediende beroepschrift.
De motivering van de beslissing
Het hof stelt vast dat de verzoekende partij het door hem verschuldigde griffierecht niet binnen de betalingstermijn van vier weken na indiening van het beroepschrift heeft betaald. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 282a, tweede lid, Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering zal de verzoekende partij daarom niet-ontvankelijk worden verklaard in zijn beroep.
De beslissing
Het gerechtshof:
verklaart de verzoekende partij niet-ontvankelijk in het verzoek in hoger beroep.
Deze beschikking is gegeven door mrs. J.D.S.L. Bosch, voorzitter, B.J.J. Melssen en G. Jonkman, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van dit hof van 28 februari 2011 in bijzijn van de griffier.