ECLI:NL:GHLEE:2011:BQ2146
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor diefstal en ongewenst verblijf in Nederland
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 19 april 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Assen. De verdachte, geboren in 1955 en thans zonder vaste woon- of verblijfplaats, was eerder veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten. Hij werd beschuldigd van diefstal van twee broeken uit de winkelvoorraad van een rechtmatige eigenaar en van het verblijf in Nederland als ongewenste vreemdeling. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een straf, maar de verdachte ging in hoger beroep.
Tijdens de zitting in hoger beroep op 5 april 2011 heeft de raadsman van de verdachte betoogd dat het openbaar ministerie niet ontvankelijk zou moeten worden verklaard in de vervolging, omdat de verdachte al een jaar in vreemdelingenbewaring had doorgebracht. Het hof oordeelde echter dat het openbaar ministerie wel degelijk ontvankelijk was in de vervolging en dat er geen sprake was van dubbele bestraffing. Het hof heeft de feiten als bewezen verklaard, waarbij het de verdachte schuldig bevond aan zowel diefstal als het ongewenst verblijf in Nederland.
De strafmotivering van het hof was gebaseerd op de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Het hof heeft in aanmerking genomen dat de verdachte eerder was veroordeeld en dat de gepleegde feiten een negatieve impact hebben op de samenleving. Uiteindelijk werd de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie maanden. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan, waarbij het de verdachte vrijsprak van andere ten laste gelegde feiten die niet bewezen konden worden.