ECLI:NL:GHLEE:2010:BP0762
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- B.J.J. Melssen
- A.H. Garos
- G.J. van der Meer
- Rechtspraak.nl
Verlenging uithuisplaatsing van minderjarigen in het kader van gezinshereniging en opvoedingsperspectief
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 16 december 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de uithuisplaatsing van de minderjarigen [kind 1] en [kind 2]. De vader, die in hoger beroep ging tegen de beschikking van de kinderrechter, verzocht om de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing te vernietigen. De kinderrechter had eerder op 7 mei 2010 de minderjarigen onder toezicht gesteld van Bureau Jeugdzorg Drenthe (BJZ) en de machtiging tot uithuisplaatsing verlengd tot 31 december 2010. De vader voerde aan dat hij in staat was om voor de kinderen te zorgen en dat de hulpverlening sneller op gang kon komen dan de rechtbank had aangenomen.
Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen. Het hof constateerde dat de kinderen in hun jonge levensjaren veel tekort zijn gekomen en dat er sprake was van huiselijk geweld tijdens de relatie van de ouders. De vader had in het verleden hulp ontvangen voor zijn agressieproblematiek en er waren zorgen over zijn opvoedingscapaciteiten. Het hof oordeelde dat de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing noodzakelijk was in het belang van de verzorging en opvoeding van de minderjarigen, en dat er duidelijkheid moest komen over hun toekomstperspectief.
De beslissing van het hof was om de beschikking van de kinderrechter te bekrachtigen. Het hof benadrukte het belang van een zorgvuldige afweging van de belangen van de kinderen en de noodzaak om helderheid te bieden over hun toekomst. De vader werd aangespoord om samen met BJZ te werken aan een plan voor de terugplaatsing van de kinderen, indien mogelijk, en om de omgangsregeling te evalueren.