ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8192
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- W.M. van Schuijlenburg
- O. Anjewierden
- G.M. Meijer-Campfens
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte wegens gebrek aan bewijs omtrent ongeldigverklaring rijbewijs
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 10 december 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Leeuwarden. De verdachte, geboren in 1953 en woonachtig in [woonplaats], was in eerste aanleg veroordeeld voor een misdrijf. De verdachte heeft tijdig en op de juiste wijze hoger beroep aangetekend. Tijdens de zitting in hoger beroep is de verdachte niet verschenen, waarop het hof verstek heeft verleend. De advocaat-generaal heeft in zijn vordering verzocht om vrijspraak van de verdachte.
Het hof heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat uit de dossierstukken niet is komen vast te staan dat het besluit tot ongeldigverklaring van het rijbewijs van de verdachte op de juiste wijze aan hem is bekendgemaakt. Dit betekent dat niet kan worden vastgesteld dat het besluit in werking is getreden. De tenlastelegging hield in dat de verdachte op of omstreeks 24 december 2008, terwijl hij wist of redelijkerwijs moest weten dat zijn rijbewijs ongeldig was verklaard, een motorrijtuig heeft bestuurd.
Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. Het hof heeft geoordeeld dat niet wettig en overtuigend bewezen is dat het rijbewijs van de verdachte op de genoemde datum ongeldig was verklaard. Daarom heeft het hof de verdachte vrijgesproken van het hem ten laste gelegde feit. De uitspraak is gedaan door een meervoudige strafkamer van het hof, met mr. W.M. van Schuijlenburg als voorzitter, en mr. O. Anjewierden en mr. G.M. Meijer-Campfens als leden, in aanwezigheid van griffier K.J. Reinke.