ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7487
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- K.J. van Dijk
- W. Foppen
- P. Greve
- Rechtspraak.nl
Vernietiging vonnis en terugverwijzing in ontnemingszaak na overschrijding redelijke termijn
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 26 november 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Groningen van 13 juni 2008. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd, waarbij de rechtbank de vordering van het openbaar ministerie tot ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel had afgewezen. Het hof oordeelde dat het openbaar ministerie alsnog ontvankelijk is in de vervolging, ondanks dat de redelijke termijn, zoals bedoeld in artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens, was overschreden. Dit leidde tot de beslissing om de zaak terug te verwijzen naar de rechtbank Groningen voor hernieuwd onderzoek.
De rechtbank had eerder geoordeeld dat de overschrijding van de redelijke termijn zo ernstig was dat het openbaar ministerie niet ontvankelijk verklaard diende te worden. Het hof heeft echter geoordeeld dat deze beslissing niet juist was en dat de zaak opnieuw moest worden beoordeeld. De advocaat-generaal had gevorderd dat het hof het vonnis van de eerste rechter zou vernietigen en de zaak zou terugverwijzen naar de rechtbank. Het hof heeft deze vordering gehonoreerd en de zaak terugverwezen, waarbij het hof de rechtbank heeft opgedragen om de zaak opnieuw te berechten en af te doen, met inachtneming van het arrest van het hof.
De uitspraak van het hof benadrukt het belang van een zorgvuldige behandeling van strafzaken en de noodzaak om de rechten van de verdachte te waarborgen, zelfs in situaties waarin de redelijke termijn is overschreden. Het hof heeft de zaak terugverwezen naar de rechtbank om ervoor te zorgen dat de verdachte een eerlijke rechtsgang krijgt, waarbij de ontnemingsvordering opnieuw zal worden beoordeeld.