ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7452
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- K.J. van Dijk
- W. Foppen
- P. Greve
- Rechtspraak.nl
Vernietiging vonnis en terugverwijzing naar rechtbank voor herbeoordeling ontnemingsvordering
In de strafzaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden, is op 26 november 2010 een arrest gewezen dat het vonnis van de rechtbank Groningen van 30 mei 2008 vernietigt. Het hof oordeelt dat het openbaar ministerie alsnog ontvankelijk is in de vervolging en verwijst de zaak terug naar de rechtbank Groningen. Dit arrest volgt op een hoger beroep dat door de officier van justitie is ingesteld tegen het eerdere vonnis waarin de vordering tot ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel door de rechtbank was afgewezen. De rechtbank had in haar vonnis van 13 juni 2008 geoordeeld dat de redelijke termijn, zoals bedoeld in artikel 6 van het EVRM, was overschreden, waardoor het openbaar ministerie niet ontvankelijk werd verklaard in de vervolging.
Het hof heeft nu echter geoordeeld dat deze eerdere beslissing niet meer van toepassing is en dat de zaak opnieuw moet worden beoordeeld. De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis van de eerste aanleg zal vernietigen en de zaak zal terugverwijzen naar de rechtbank voor hernieuwd onderzoek. Het hof heeft deze vordering gehonoreerd en de zaak terugverwezen naar de rechtbank Groningen, waarbij het hof heeft bepaald dat de bestaande ontnemingsvordering opnieuw moet worden berecht en afgedaan. Dit arrest is gewezen door een meervoudige strafkamer, waarbij de voorzitter mr. K.J. van Dijk was, bijgestaan door mr. W. Foppen en mr. P. Greve, met H. Pool als griffier.