ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7448
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- K.J. van Dijk
- W. Foppen
- P. Greve
- Rechtspraak.nl
Vernietiging vonnis en terugverwijzing naar rechtbank voor herbeoordeling ontnemingsvordering
In de strafzaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden, is op 26 november 2010 een arrest gewezen dat het vonnis van de rechtbank Groningen van 30 mei 2008 vernietigt. Het hof oordeelt dat het openbaar ministerie alsnog ontvankelijk is in de vervolging en verwijst de zaak terug naar de rechtbank Groningen. Dit arrest volgt op een hoger beroep dat door de officier van justitie is ingesteld tegen het eerdere vonnis waarin de vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel was afgewezen. De rechtbank had in haar vonnis van 13 juni 2008 vastgesteld dat de redelijke termijn, zoals bedoeld in artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, was overschreden, wat leidde tot de niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie. Het hof heeft echter geoordeeld dat deze beslissing niet meer van toepassing is en dat de zaak opnieuw moet worden beoordeeld. De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis van de eerste rechter zal vernietigen en de zaak zal terugverwijzen naar de rechtbank voor hernieuwd onderzoek. Het hof heeft deze vordering gehonoreerd en de zaak terugverwezen, waarbij het hof benadrukt dat de ontnemingsvordering opnieuw moet worden behandeld. De verdachte was aanwezig bij de zitting, bijgestaan door zijn raadsman, mr. H.P. Eckert. Het arrest is ondertekend door de voorzitter en de andere rechters, met uitzondering van mr. Van Dijk, die buiten staat was om te ondertekenen.