ECLI:NL:GHLEE:2010:BO3411
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vervolgingskwestie inzake geweldsdelicten met passieve aanwezigheid van verdachte
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 9 november 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Leeuwarden. De verdachte was vervolgd voor geweldsdelicten, waaronder poging tot doodslag en openlijke geweldpleging. De tenlastelegging betrof geweldpleging tegen meerdere slachtoffers op 24 mei 2009 in [plaats]. De rechtbank had de verdachte eerder veroordeeld, maar de verdachte heeft in hoger beroep zijn onschuld volgehouden en ontkende de hem verweten geweldshandelingen. Tijdens de zitting in hoger beroep is het hof tot de conclusie gekomen dat er onvoldoende bewijs was voor een actieve betrokkenheid van de verdachte bij de geweldsdelicten. Het hof oordeelde dat de verdachte slechts passief aanwezig was tijdens de mishandeling en dat er geen overtuigend bewijs was dat hij een significante bijdrage had geleverd aan de geweldpleging. De advocaat-generaal had gevorderd dat het hof de verdachte zou vrijspreken van de ten laste gelegde feiten. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd en de verdachte vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten, omdat niet bewezen kon worden dat hij zich schuldig had gemaakt aan de hem verweten geweldshandelingen. De uitspraak benadrukt het belang van bewijs in strafzaken en de noodzaak om de betrokkenheid van een verdachte duidelijk aan te tonen.