ECLI:NL:GHLEE:2010:BO2015
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- W.M. van Schuijlenburg
- A.J. Rietveld
- H.J. de Ruijter
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot vermindering of kwijtschelding van ontnemingsmaatregel ex artikel 577b Sv
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden op 27 oktober 2010, gaat het om een verzoek van de verzoeker, geboren in 1964, om het bedrag van een eerder opgelegde ontnemingsmaatregel te verminderen of kwijt te schelden. Dit verzoek is ingediend op 21 juli 2010, na een eerdere uitspraak van het hof op 31 mei 2007, waarbij de verzoeker was veroordeeld tot betaling van een geldbedrag van € 42.706 aan de Staat. De verzoeker stelt dat de hoogte van het resterende bedrag niet correct is berekend door het CJIB en de advocaat-generaal, en dat enkele bedragen en rente niet zijn meegerekend. Ook zou de waarde van de verkochte auto's te laag zijn vastgesteld.
De zaak is behandeld in een openbare raadkamer op 13 oktober 2010, waar het hof de advocaat-generaal, de verzoeker en zijn advocaat, mr. C. Niens, heeft gehoord. Het hof overweegt dat op basis van artikel 577b, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, alleen kan worden verzocht om vermindering of kwijtschelding van het vastgestelde bedrag, en niet om de juistheid van de berekeningen te toetsen. Het hof concludeert dat de inhoud van het verzoek niet de hoogte van het vastgestelde bedrag betreft, maar de vraag of aan de betalingsverplichting is voldaan.
Daarnaast houdt het verzoek in dat de verzoeker, gezien zijn huidige financiële situatie, niet in staat is om het opgelegde bedrag te betalen. Het hof stelt vast dat verzoeker onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij in de toekomst niet in staat zal zijn om aan zijn betalingsverplichting te voldoen. Het hof wijst het verzoek af, onder verwijzing naar de lange verjaringstermijn van de ontnemingsmaatregel en de noodzaak voor verzoeker om zijn financiële situatie te onderbouwen.