ECLI:NL:GHLEE:2010:BN8663

Gerechtshof Leeuwarden

Datum uitspraak
29 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-001461-09
Instantie
Gerechtshof Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen veroordeling voor mishandeling van een minderjarige

In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 29 september 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een veroordeling van een meerderjarige verdachte voor mishandeling van een veertienjarige jongen. De verdachte, die niet ter terechtzitting verscheen, werd vertegenwoordigd door zijn raadsvrouw, mr. M.S. de Groene. De politierechter in de rechtbank Groningen had de verdachte eerder veroordeeld tot een straf, zoals in dat vonnis omschreven. De verdachte heeft tijdig hoger beroep ingesteld.

Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de raadsvrouw van de verdachte aangevoerd dat de verklaringen van de aangever en getuige als onbetrouwbaar moeten worden beschouwd. Het hof heeft deze stelling verworpen, omdat de verklaringen op essentiële onderdelen met elkaar overeenkomen en bovendien steun vinden in andere getuigenverklaringen. Het hof oordeelt dat de verklaringen betrouwbaar zijn en dat er geen reden is om te twijfelen aan de juistheid ervan.

Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte zich op 29 september 2008 schuldig heeft gemaakt aan de mishandeling van de veertienjarige jongen, door hem te stompen en/of te slaan, wat heeft geleid tot letsel en pijn. Het hof heeft de verdachte strafbaar geacht en geen strafuitsluitingsgronden aanwezig geacht. Bij de strafoplegging heeft het hof rekening gehouden met de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan, en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder een drankprobleem en aanzienlijke schulden.

Uiteindelijk heeft het hof het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van twintig uren, subsidiair tien dagen hechtenis, wat het hof passend achtte gezien de omstandigheden van de verdachte en het feit dat hij sinds de mishandeling geen contact meer heeft gehad met politie of justitie.

Uitspraak

Parketnummer: 24-001461-09
Parketnummer eerste aanleg: 18-654231-08
Arrest van 29 september 2010 van het gerechtshof te Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Groningen van 4 juni 2009 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1977] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], [adres],
niet ter terechtzitting verschenen. Wel verschenen is de raadsvrouw van verdachte
mr. M.S. de Groene, advocaat te Groningen.
Het vonnis waarvan beroep
De politierechter in de rechtbank Groningen heeft de verdachte bij het vonnis wegens een misdrijf veroordeeld tot een straf, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
De raadsvrouw van verdachte heeft verklaard uitdrukkelijk te zijn gemachtigd verdachte ter terechtzitting te verdedigen.
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte zal veroordelen ter zake van het hem ten laste gelegde feit tot een werkstraf voor de duur van 20 uren, subsidiair 10 dagen hechtenis.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd, dat:
hij op of omstreeks 29 september 2008, in de gemeente [gemeente], opzettelijk mishandelend een persoon (te weten [slachtoffer]), heeft gestompt en/of geslagen, waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden.
Overweging ten aanzien van het bewijs
De raadsvrouw van verdachte heeft ter terechtzitting van het hof aangevoerd dat verdachte dient te worden vrijgesproken van het hem ten laste gelegde, nu de belastende verklaringen van aangever [slachtoffer] en getuige [getuige] als onbetrouwbaar dienen te worden aangemerkt en derhalve niet voor het bewijs kunnen worden gebruikt.
Het hof ziet - anders dan door de raadsvrouw is gesteld - geen aanleiding om te twijfelen aan de betrouwbaarheid van de verklaringen van getuige [getuige] en aangever [slachtoffer]. Deze verklaringen komen op essentiële onderdelen met elkaar overeen. Daarnaast vindt de verklaring van aangever [slachtoffer] niet alleen steun in de afgelegde verklaring van getuige [getuige], maar ook in de andere getuigenverklaringen. Derhalve heeft het hof geen reden te twijfelen aan de betrouwbaarheid van deze verklaringen. Het hof verwerpt het verweer.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
op 29 september 2008, in de gemeente [gemeente], opzettelijk mishandelend een persoon (te weten [slachtoffer]), heeft gestompt en/of geslagen, waardoor deze pijn heeft ondervonden.
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert op het misdrijf:
mishandeling.
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich op 29 september 2008 schuldig gemaakt aan mishandeling. Door aldus te handelen heeft verdachte een inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van aangever [slachtoffer] - een ten tijde van de mishandeling veertienjarige jongen - en hem pijn toegebracht.
Uit het verdachte betreffende Uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 30 juni 2010 blijkt, dat verdachte zich in het verleden vele malen schuldig heeft gemaakt aan het plegen van strafbare feiten. Ter terechtzitting van het hof is aannemelijk geworden dat verdachte na september 2008 niet met politie of justitie in aanraking is geweest.
Het hof houdt bij de strafoplegging eveneens rekening met de persoonlijke omstandigheden van verdachte zoals daarvan ter terechtzitting van het hof is gebleken. Naar voren is gekomen dat verdachte een drankprobleem heeft. Daarnaast heeft verdachte schulden, waarvan de hoogte onbekend is. Verdachte schat zijn schulden op een bedrag tussen de 30.000 euro en 60.000 euro. Op dit moment heeft verdachte budgetbeheer om zijn financiële zaken op orde te brengen.
Gelet op de financi?le positie van verdachte en het feit dat hij sinds september 2008 geen contact meer heeft gehad met politie of justitie, acht het hof de door de advocaat-generaal geëiste straf passend. Het hof zal verdachte veroordelen tot een taakstraf, in de vorm van een werkstraf, van hierna te noemen duur.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 22c, 22d en 300 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte ten laste gelegde bewezen en kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart dit feit en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot een taakstraf, bestaande uit een werkstraf, voor de duur van twintig uren, met bevel voor het geval dat de veroordeelde de werkstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende hechtenis voor de duur van tien dagen zal worden toegepast.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. K.J. van Dijk, voorzitter, mr. G.N. Roes en mr. J.A.A.M. van Veen, in tegenwoordigheid van mr. M.J. Schulte als griffier, zijnde mr. Roes voornoemd buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.