ECLI:NL:GHLEE:2010:BN7290

Gerechtshof Leeuwarden

Datum uitspraak
16 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-000141-09
Instantie
Gerechtshof Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Inbraak in verzorgingstehuis met valse sleutel en diefstal van geld

In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 16 september 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Groningen. De verdachte, geboren in 1983, heeft samen met een ander ingebroken in een verzorgingstehuis. Tijdens de inbraak maakten zij gebruik van een valse sleutel, namelijk de toegangscode die de verdachte kende. Ze hebben een kluisje opengebroken en geld weggenomen. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een straf, en de verdachte is tijdig in hoger beroep gekomen.

Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte zou worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier maanden, waarvan één maand voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren en onder toezicht van de Stichting Reclassering Nederland. Het hof heeft de verdachte schuldig bevonden aan diefstal door twee verenigde personen, waarbij gebruik is gemaakt van valse sleutels en braak.

Bij de straftoemeting heeft het hof rekening gehouden met de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon van de verdachte. Het hof heeft ook het belang van reclasseringstoezicht en drugscontroles in overweging genomen, zoals naar voren gebracht door de reclasseringswerker. De verdachte heeft eerder een werkstraf vervuld in het verzorgingstehuis, wat haar kennis van de toegangscode verklaart. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van zestien weken, waarvan vier weken voorwaardelijk, en heeft bijzondere voorwaarden verbonden aan de veroordeling.

De uitspraak van het hof houdt in dat de verdachte zich moet houden aan de voorwaarden van reclasseringstoezicht en dat de tijd die zij in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, in mindering wordt gebracht op de onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Het hof heeft de vordering van de officier van justitie voor het overige afgewezen.

Uitspraak

Parketnummer: 24-000141-09
Parketnummers eerste aanleg: 18-670474-08 en 18-670110-07 (tul)
Arrest van 16 september 2010 van het gerechtshof te Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Groningen van 19 januari 2009 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1983] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], [adres],
verschenen in persoon, bijgestaan door haar raadsman mr. W.M. Bierens, advocaat te Assen.
Het vonnis waarvan beroep
De politierechter in de rechtbank Groningen heeft de verdachte bij het vonnis wegens een misdrijf veroordeeld tot een straf en heeft op een vordering tot tenuitvoerlegging beslist, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van vier maanden, waarvan één maand voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren, onder de bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich zal stellen onder toezicht van de Stichting Reclassering Nederland en zich zal gedragen naar de aanwijzingen van die instelling, ook wanneer deze aanwijzingen inhouden dat verdachte drugscontroles dient te ondergaan. Voorts heeft hij gevorderd de gedeeltelijke tenuitvoerlegging en omzetting van de voorwaardelijke veroordeling, te weten een werkstraf van 180 uren, subsidiair 90 dagen hechtenis.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
zij, op verschillende tijdstippen, althans op enig tijdstip, op of omstreeks 26 september 2008, in de gemeente [gemeente] (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een kluisje in (een personeelsruimte/kleedruimte van) verzorgingstehuis [slachtoffer] heeft weggenomen een of meer geldbedragen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of haar mededader(s), waarbij verdachte en/of haar mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel (te weten een onbevoegd gebruikte cijfercombinatie van een cijferslot).
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat:
zij op 26 september 2008, in de gemeente [gemeente] tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening uit een kluisje in een kleedruimte van verzorgingstehuis [slachtoffer] heeft weggenomen geldbedragen, toebehorende aan [slachtoffer], waarbij verdachte en haar mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van een valse sleutel (te weten een onbevoegd gebruikte cijfercombinatie van een cijferslot) en de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak.
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert op het misdrijf:
diefstal door twee verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van valse sleutels en het weg te nemen goed onder haar bereik heeft gebracht door middel van braak.
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich, samen met haar neef, de toegang verschaft tot verzorgingstehuis [slachtoffer] en heeft daar een kluisje opengebroken en geldbedragen uit dit kluisje weggenomen. Verdachte heeft daarbij gebruik gemaakt van haar kennis van de toegangscode tot het verzorgingstehuis, wetenschap die zij had opgedaan doordat ze aldaar een werkstraf had vervuld. Door haar handelen heeft verdachte niet alleen een inbreuk gemaakt op het eigendomsrecht van een ander, maar heeft zij ook het vertrouwen geschaad van de reclassering en de leiding en het personeel van verzorgingstehuis [slachtoffer], die zich voor haar hebben ingezet en haar de gelegenheid hebben geboden haar werkstraf bij het verzorgingstehuis te vervullen. Het hof rekent het verdachte zwaar aan dat zij - puur om redenen van geldelijk gewin - misbruik heeft gemaakt van het in haar gestelde vertrouwen.
Het hof heeft bij de straftoemeting in aanmerking genomen dat verdachte - blijkens een haar betreffend Uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 24 juni 2010 - meermalen is veroordeeld ter zake van (vergelijkbare) strafbare feiten.
Voorts heeft het hof acht geslagen op hetgeen ter terechtzitting door
A.C.D. van Willigen, die als reclasseringswerker in het kader van een eerder opgelegd reclasseringstoezicht veelvuldig contact had en heeft met verdachte, naar voren is gebracht. Zij benadrukt het belang van reclasseringstoezicht en drugscontroles. Verdachte zelf heeft ter terechtzitting aangegeven zich te kunnen vinden in de zienswijze van Van Willigen en geeft aan reclasseringstoezicht zelf ook wenselijk te vinden.
Op grond van het vorenstaande acht het hof de oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 16 weken, waarvan 4 weken voorwaardelijk, gerechtvaardigd. Het hof zal hieraan de bijzondere voorwaarde verbinden dat verdachte zich zal stellen onder toezicht van de Stichting Reclassering Nederland en zich zal gedragen naar de aanwijzingen van die instelling, ook wanneer deze aanwijzingen inhouden dat verdachte drugscontroles dient te ondergaan.
Tenuitvoerlegging
Bij vonnis van de rechtbank Groningen d.d. 22 november 2007, parketnummer
18-670110-07, is verdachte onder meer veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 180 dagen, met een proeftijd van 2 jaren. Uit het onderzoek ter terechtzitting van het hof is gebleken dat dit vonnis onherroepelijk is geworden op 7 december 2007 en dat op diezelfde dag de proeftijd is ingegaan.
De officier van justitie heeft bij zijn op 9 januari 2009 ingediende vordering gevorderd dat last zal worden gegeven tot tenuitvoerlegging van voormelde gevangenisstraf, omdat verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig heeft gemaakt aan een of meer strafbare feiten, zoals ten laste gelegd in de dagvaarding met parketnummer 670474-08 (het thans bewezen verklaarde feit).
Nu gebleken is dat verdachte het hiervoor bewezen verklaarde feit heeft begaan voor het einde van voormelde proeftijd zal het hof op grond van vorenstaande de gedeeltelijke tenuitvoerlegging gelasten, te weten 90 dagen van de voorwaardelijk opgelegde 180 dagen gevangenisstraf, met dien verstande dat het hof - gelet op de persoonlijke omstandigheden van verdachte, waarbij zij bij detentie haar huis kwijt zal raken - deze straf zal omzetten in een werkstraf van na te melden duur. Voor het overige zal de vordering worden afgewezen.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 14g, 310 en 311, van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte ten laste gelegde bewezen en kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart dit feit en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot gevangenisstraf voor de duur van zestien weken;
beveelt, dat van de gevangenisstraf een gedeelte van vier weken, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd van twee jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt, of de hierna te noemen bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd;
stelt als bijzondere voorwaarde:
dat de veroordeelde zich zal stellen onder toezicht van de Stichting Reclassering Nederland en zich zal gedragen naar de aanwijzingen van die instelling, ook wanneer deze aanwijzingen inhouden dat de veroordeelde drugscontroles dient te ondergaan;
draagt genoemde instelling op de veroordeelde bij de naleving van de voorwaarden hulp en steun te verlenen;
beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van het onvoorwaardelijk deel van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering wordt gebracht;
gelast (in plaats van het geven van een last tot tenuitvoerlegging van een gedeelte van 3 maanden van de gevangenisstraf de veroordeelde voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de rechtbank Groningen van 22 november 2007 met parketnummer
18-670110-07) een taakstraf bestaande uit een werkstraf voor de duur van honderdtachtig uren met bevel voor het geval dat de veroordeelde de werkstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende hechtenis voor de duur van negentig dagen zal worden toegepast;
wijst de vordering voor het overige af.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. P. Koolschijn, voorzitter, mr. G. Dam en mr. W. Foppen, in tegenwoordigheid van S. van Krugten als griffier.