ECLI:NL:GHLEE:2010:BN7273

Gerechtshof Leeuwarden

Datum uitspraak
16 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-003131-09
Instantie
Gerechtshof Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake overtreding van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren en de Regeling dierenvervoer 2007

In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 16 september 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Groningen. De verdachte, geboren in 1952, werd beschuldigd van het vervoeren van een rund dat vanwege zijn lichamelijke conditie niet in staat was tot vervoer. Dit gebeurde op 26 augustus 2008, waarbij de verdachte in strijd handelde met artikel 59 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren en artikel 9 van de Regeling dierenvervoer 2007. De economische politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een geldboete van € 550,-. De advocaat-generaal vorderde in hoger beroep dat het hof de verdachte opnieuw zou veroordelen tot dezelfde geldboete, te betalen in termijnen van € 110,- per maand.

Het hof heeft het vonnis van de eerste aanleg vernietigd en het ten laste gelegde bewezen verklaard. Het hof oordeelde dat de verdachte strafbaar was en dat er geen strafuitsluitingsgronden aanwezig waren. Bij de strafmotivering heeft het hof rekening gehouden met de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon van de verdachte. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte het rund onnodig lijden heeft berokkend door het dier te vervoeren terwijl het niet in staat was zich pijnloos te bewegen.

De uitspraak van het hof houdt in dat de verdachte wordt veroordeeld tot een geldboete van € 550,-, met de mogelijkheid om deze in vijf termijnen te betalen. Daarnaast is bepaald dat vervangende hechtenis voor de duur van elf dagen zal worden toegepast indien de betaling niet plaatsvindt. Het hof heeft de geldboete als een passende sanctie beschouwd, gezien de financiële draagkracht van de verdachte.

Uitspraak

Parketnummer: 24-003131-09
Parketnummer eerste aanleg: 18-994998-08
Arrest van 16 september 2010 van het gerechtshof te Leeuwarden, economische kamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Groningen van 19 november 2009 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1952] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], [adres],
verschenen in persoon.
Het vonnis waarvan beroep
De economische politierechter in de rechtbank Groningen heeft de verdachte bij het vonnis wegens een misdrijf veroordeeld tot straffen, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het verdachte ten laste gelegde bewezen zal verklaren en hem ter zake zal veroordelen tot een geldboete van € 550,- te voldoen in 5 eenmaandelijkse termijnen van elk € 110,-.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd, dat:
hij op of omstreeks 26 augustus 2008 in de gemeente [gemeente], heeft gehandeld in strijd met artikel 6 lid 3 van de EG-verordening nr. 1/2005, immers heeft hij één dier, te weten een rund (met ID-code [nummer]) niet in overeenstemming met de technische voorschriften in bijlage I bij die Verordening vervoerd, aangezien dat dier, vanwege een ontstoken knie, niet in staat was zich op eigen kracht pijnloos te bewegen.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat:
hij op 26 augustus 2008 in de gemeente [gemeente], heeft gehandeld in strijd met artikel 6 lid 3 van de EG-verordening nr. 1/2005, immers heeft hij één dier, te weten een rund (met ID-code [nummer]) niet in overeenstemming met de technische voorschriften in bijlage I bij die Verordening vervoerd, aangezien dat dier, vanwege een ontstoken knie, niet in staat was zich op eigen kracht pijnloos te bewegen.
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert op de overtreding:
overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 59 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren.
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft op 26 augustus 2008 een rund vervoerd dat daar vanwege zijn lichamelijke conditie niet toe in staat was. Hij heeft hiermee het dier onnodig en extra lijden berokkend.
Het hof heeft kennisgenomen van een verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie, d.d. 30 juni 2010, waaruit blijkt dat verdachte eerder wegens overtredingen van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren is veroordeeld.
Gelet op het vorenstaande, in onderling verband en samenhang bezien, is het hof van oordeel dat de door de advocaat-generaal gevorderde geldboete een passende sanctie is. Het hof zal bepalen dat de geldboete, gezien verdachtes financi?le draagkracht, in termijnen mag worden voldaan.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 23, 24, 24a, 24c en 63 van het Wetboek van Strafrecht, de artikelen 1, 2 en 6 van de Wet op de economische delicten, artikel 59 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren en artikel 9 van de Regeling dierenvervoer 2007, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte ten laste gelegde bewezen en kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart dit feit en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot een geldboete van vijfhonderdvijftig euro;
beveelt dat vervangende hechtenis voor de duur van elf dagen zal worden toegepast, indien noch volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt;
bepaalt dat de geldboete mag worden voldaan in vijf opeenvolgende éénmaandelijkse termijnen elk groot honderdtien euro.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. K.J. van Dijk, voorzitter, mr. O. Anjewierden en mr. J.A.A.M. van Veen, in tegenwoordigheid van mr. I.N. Koers als griffier.