ECLI:NL:GHLEE:2010:BM4278

Gerechtshof Leeuwarden

Datum uitspraak
12 mei 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-002144-08
Instantie
Gerechtshof Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen veroordeling voor handel in cocaïne en heroïne

In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 12 mei 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een veroordeling van de rechtbank Assen. De verdachte, geboren in 1983 en zonder bekende woon- of verblijfplaats, was beschuldigd van het plegen en medeplegen van de handel in cocaïne en heroïne in de periode van 5 april 2007 tot en met 27 november 2007. De rechtbank had de verdachte eerder veroordeeld tot een straf, maar de verdachte en de officier van justitie gingen in hoger beroep. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de raadsman van de verdachte verklaard dat hij de verdachte ter terechtzitting mocht verdedigen. De advocaat-generaal vorderde een gevangenisstraf van vijftien maanden, met aftrek van voorarrest, en vroeg het hof om te beslissen over de in beslag genomen goederen.

Het hof heeft de tenlastelegging beoordeeld en vastgesteld dat de verdachte op verschillende tijdstippen opzettelijk cocaïne en heroïne heeft verkocht en afgeleverd. Het hof heeft echter geoordeeld dat de verdachte niet bewezen kon worden dat hij deel uitmaakte van een organisatie die zich bezighield met drugshandel, en heeft hem vrijgesproken van dat onderdeel van de aanklacht. Het hof heeft de gevangenisstraf van vijftien maanden opgelegd, rekening houdend met de ernst van de feiten en de omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn eerdere veroordelingen en zijn onzekere situatie.

Daarnaast heeft het hof beslist over de in beslag genomen goederen. Een bedrag van € 921,- in muntgeld is verbeurd verklaard, evenals verschillende weegapparatuur en verdovende middelen. Andere goederen, zoals mobiele telefoons en persoonlijke bezittingen, zijn teruggegeven aan de verdachte. Het hof heeft ook bepaald dat bepaalde identiteitsdocumenten bewaard moeten worden ten behoeve van de rechthebbende. De uitspraak is gedaan op basis van de artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Opiumwet die van toepassing waren ten tijde van de feiten.

Uitspraak

Parketnummer: 24-002144-08
Parketnummer eerste aanleg: 19-810203-07
Arrest van 12 mei 2010 van het gerechtshof te Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Assen van 19 augustus 2008 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1983] te [geboorteplaats],
thans zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande,
niet ter terechtzitting verschenen. Wel verschenen is de raadsman van verdachte mr. drs. R. Bosma, advocaat te Assen.
Het vonnis waarvan beroep
De rechtbank Assen heeft de verdachte bij het vonnis wegens de onder 1 ten laste gelegde misdrijven veroordeeld tot een straf en heeft beslist op de in beslag genomen voorwerpen, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De officier van justitie en de verdachte zijn op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
De raadsman van verdachte heeft verklaard uitdrukkelijk te zijn gemachtigd verdachte ter terechtzitting te verdedigen.
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte ter zake van het ten laste gelegde onder 1 en 2 zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 15 maanden, met aftrek van voorarrest. Voorts heeft hij gevorderd dat het hof conform de rechtbank zal beslissen op de in beslag genomen goederen.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op verschillende tijdstippen, althans op enig tijdstip, in of omstreeks de periode van 1 januari 2007 tot en met 27 november 2007 te[plaats], althans in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne en/of een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde heroïne en/of cocaïne (telkens) (een) middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2007 tot en met 27 november 2007 te [plaats], althans in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie die tot oogmerk had het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10, derde, vierde en/of vijfde lid van de Opiumwet, namelijk het verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of aanwezig hebben van middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet;
Vrijspraak feit 2
Het hof is op grond van het onderzoek van oordeel dat voldoende is komen vast te staan dat sprake is geweest van een bepaalde rolverdeling tussen de verdachte en zijn medeverdachten bij de handel in harddrugs, waarbij onderscheid kan worden gemaakt tussen (overwegend) aansturende activiteiten enerzijds en (overwegend) uitvoerende activiteiten anderzijds. Deze rolverdeling was echter niet zodanig gestructureerd dat kan worden gesproken van deelneming aan een organisatie als bedoeld in artikel 11a van de Opiumwet.
Het hof acht derhalve niet bewezen hetgeen onder 2 aan verdachte is ten laste gelegd, zodat hij daarvan moet worden vrijgesproken.
Bewezenverklaring
Het hof overweegt met betrekking tot de pleegperiode dat deze dient te worden verkort tot de periode van 5 april 2007 tot en met 27 november 2007 omdat uit het dossier blijkt dat verdachte tot en met 4 april 2007 in vreemdelingenbewaring heeft gezeten.
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat:
1
hij op verschillende tijdstippen in de periode van 5 april 2007 tot en met 27 november 2007 te [plaats], telkens tezamen en in vereniging met een ander of anderen, telkens opzettelijk heeft verkocht en afgeleverd een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne en een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde heroïne en cocaïne middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I en
hij op verschillende tijdstippen in de periode van 5 april 2007 tot en met 27 november 2007 te [plaats] telkens opzettelijk heeft verkocht en afgeleverd een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne en een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde heroïne en cocaïne middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 1a en 1b meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert op de misdrijven:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd en
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd.
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich in de periode van 5 april 2007 tot en met 27 november 2007 schuldig gemaakt aan het handelen in cocaïne en heroïne, zowel alleen als samen met één of meer anderen. Door het plegen van deze delicten heeft verdachte het gebruik van cocaïne en heroïne, stoffen die schadelijk zijn voor de volksgezondheid, bevorderd en de gezondheid van de gebruikers in gevaar gebracht.
Het hof houdt rekening met een verdachte betreffend Uittreksel Justitiële Documentatie van 4 februari 2010, waaruit blijkt dat verdachte eerder veroordeeld is voor strafbare feiten, onder meer tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf.
Het hof heeft kennis genomen van een voorlichtingsrapport, opgemaakt door de Reclassering Nederland op 3 maart 2008, omtrent de persoon van verdachte. Uit dit rapport komt naar voren dat verdachte in een zeer onzekere en uitzichtloze situatie verkeert omdat hij ongewenst is verklaard en onuitzetbaar is.
Gelet op voornoemde omstandigheden en op de ernst en aard van de gepleegde delicten is het hof van oordeel dat niet kan worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming meebrengt. Het hof is van oordeel dat een gevangenisstraf voor de duur van vijftien maanden passend en geboden is.
Verbeurdverklaring
Het hof zal de in beslag genomen, aan verdachte toebehorende zakjes met muntgeld, verzameld in één zak, ten bedrage van € 921,- verbeurd verklaren. Het hof gaat ervan uit, gezien het feit dat het om een aanzienlijk bedrag in muntgeld gaat, dat dit geld door middel van de strafbare feiten is verkregen.
Onttrekking aan het verkeer
Het hof zal de volgende goederen - 1 stuk weegapparatuur, kleur zwart, digitale grammenweegschaal, 1 stuk weegapparatuur, kleur zwart grammenweegschaal, 1 stuk weegapparatuur kleur zilver merk Soehle weegschaal tot 2 kg, 1 stuk verdovende middelen gripzakje hash 0.9 gram, 1 stuk papier (mogelijk vals biljet 20 euro),
82 gram hennep, henneptoppen, 59 pillen, kleur bruin, 1 stuk tabak kleur blauw, tabaksbuidel, 14 gram cocaïne en 6 gram heroïne, 2 pijpen kleur zilver, 1 lange en 1 korte basepijp, 2 stuks verdovende middelen, kleur bruin (vermoedelijk xtc), 1 stuk enveloppen, kleur wit, luchtpostbrief met onbekende stof en 3 stuks papier, kleur wit, 3 gevouwen papiertjes met onbekende stof - onttrekken aan het verkeer omdat deze voorwerpen, als gezamenlijkheid beschouwd, hiervoor vatbaar zijn. Immers, de genoemde voorwerpen zijn tot het begaan van de hiervoor bewezen verklaarde feiten bestemd en zijn van zodanige aard dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet en het algemeen belang.
Teruggave
Het hof zal de volgende goederen - 1 stuk GSM, kleur koper, merk Samsung,
1 stuk GSM, kleur beige, merk Nokia, 1 stuk GSM, kleur zwart, merk Samsung,
1 stuk GSM, kleur zwart, merk Motorola, 1 stuk GSM, kleur zwart, merk LG, 1 stuk Sim kaart, AH-Mobiel, betreft telefoonnummer 0617085111, 1 stuk GSM merk Nokia type 2310, 1 stuk brief, kleur wit diverse aantekeningen en briefjes,1 stuk versterker, kleur zilver, 1 stuk DS Doos, kleur rose, lege doos Samsung x650 GSM, 1 computertas/koffer, kleur bruin, 1 stuk papier kleur wit diverse papieren t.n.v. [medeverdachte],
1 stuk papier kleur wit, overschrijvingspapieren, 1 boek, kleur blauw, 1 stuk papier, kleur wit, met 2 pasfoto's in hoesjes en 1 verscheurde foto, 6 sleutels met sleutelhanger in T vorm, o.a. AXA-sleutel, 1 fototoestel, kleur zilver, merk Olympus, type FE230 en 1 stuk agenda, kleur blauw - teruggeven aan verdachte nu het belang van de strafvordering zich daartegen niet verzet.
Bewaring ten behoeve van de rechthebbende
Het hof zal ten aanzien van de volgende goederen - id kaart [naam], id kaart van [naam], pas [naam] en rijbewijs [naam] - bevelen dat deze worden bewaard ten behoeve van de rechthebbende.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 33, 33a, 36b, 36c, 47 en 57 van het Wetboek van Strafrecht en op de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet, zoals deze artikelen golden ten tijde van de bewezen verklaarde feiten.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte onder 2 ten laste gelegde niet bewezen en spreekt hem daarvan vrij;
verklaart het verdachte onder 1 ten laste gelegde bewezen, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart deze feiten en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 1 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot gevangenisstraf voor de duur van vijftien maanden;
beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering wordt gebracht;
verklaart verbeurd:
Nederlands geld 12 zakjes met muntgeld: 921,00 euro verzameld in 1 zak;
verklaart aan het verkeer onttrokken:
1 stuk weegapparatuur, kleur zwart, digitale grammenweegschaal;
1 stuk weegapparatuur, kleur zwart grammenweegschaal;
1 stuk weegapparatuur kleur zilver merk Soehle weegschaal tot 2 kg;
1 stuk verdovende middelen gripzakje hash 0.9 gram;
1 stuk papier (mogelijk vals biljet 20 euro);
82 gram hennep, henneptoppen;
59 pillen, kleur bruin;
1 stuk tabak kleur blauw, tabaksbuidel, 14 gram cocaïne en 6 gram heroïne;
2 pijpen kleur zilver, 1 lange en 1 korte basepijp;
2 stuks verdovende middelen, kleur bruin (vermoedelijk xtc);
1 stuk enveloppen, kleur wit, luchtpostbrief met onbekende stof;
3 stuks papier, kleur wit, 3 gevouwen papiertjes met onbekende stof;
gelast de teruggave aan verdachte van:
1 stuk GSM, kleur koper, merk Samsung;
1 stuk GSM, kleur beige, merk Nokia;
1 stuk GSM, kleur zwart, merk Samsung;
1 stuk GSM, kleur zwart, merk Motorola;
1 stuk GSM, kleur zwart, merk LG;
1 stuk Sim kaart, AH-Mobiel, betreft telefoonnummer 0617085111;
1 stuk GSM merk Nokia type 2310;
1 stuk brief, kleur wit diverse aantekeningen en briefjes;
1 stuk versterker, kleur zilver;
1 stuk DS Doos, kleur rose, lege doos Samsung x650 GSM;
1 computertas/koffer, kleur bruin;
1 stuk papier kleur wit diverse papieren t.n.v. [medeverdachte];
1 stuk papier kleur wit, overschrijvingspapieren;
1 boek, kleur blauw;
1 stuk papier, kleur wit, met 2 pasfoto's in hoesjes en 1 verscheurde foto;
6 sleutels met sleutelhanger in T vorm, o.a. AXA-sleutel;
1 fototoestel, kleur zilver, merk Olympus, type FE230;
1 stuk agenda, kleur blauw;
gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbende van:
id kaart Gritter;
id kaart van Huizen;
pas Gritter;
rijbewijs Maat.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. P. Koolschijn, voorzitter, mr. H. Heins en mr. G.N. Roes, in tegenwoordigheid van S. van Krugten als griffier, zijnde mr. G.N. Roes buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.