ECLI:NL:GHLEE:2010:BM2752
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- S. Zwerwer
- G.M. Meijer-Campfens
- H. Heins
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor het laten vervoeren van een niet geschikt rund
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 26 april 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Leeuwarden. De verdachte is beschuldigd van het in strijd handelen met artikel 3 aanhef en sub b van de EG-verordening nr. 1/2005, door een rund te laten vervoeren dat niet geschikt was voor transport, wat heeft geleid tot onnodig lijden van het dier. De economische politierechter had de verdachte in eerste aanleg vrijgesproken van de tenlastelegging. De officier van justitie heeft hiertegen hoger beroep ingesteld, wat heeft geleid tot een herziening van de zaak door het hof.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof het bewijs tegen de verdachte beoordeeld en vastgesteld dat de verdachte inderdaad het hem ten laste gelegde feit heeft gepleegd. Het hof heeft geoordeeld dat de verdachte strafbaar is en dat er geen strafuitsluitingsgronden aanwezig zijn. De advocaat-generaal heeft een voorwaardelijke geldboete van € 400,- geëist, subsidiair acht dagen hechtenis, met een proeftijd van twee jaren. Het hof heeft deze eis overgenomen en de verdachte veroordeeld tot de genoemde geldboete, met de voorwaarde dat de hechtenis alleen wordt toegepast indien de boete niet wordt betaald.
Het hof heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon van de verdachte. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte recentelijk niet is veroordeeld voor andere strafbare feiten, wat heeft bijgedragen aan de beslissing om een voorwaardelijke straf op te leggen. Het vonnis van de economische politierechter is vernietigd en het hof heeft opnieuw recht gedaan, waarbij het de verdachte heeft veroordeeld tot de geldboete en de voorwaarden voor de uitvoering van deze straf heeft vastgesteld.