Parketnummer: 24-001938-09
Parketnummer eerste aanleg: 17-880139-09
Arrest van 8 februari 2010 van het gerechtshof te Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 21 juli 2009 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1983] te [geboorteplaats],
thans verblijvende in PI Zuid West - HvB De Torentijd te Middelburg,
verschenen in persoon, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. A.A. Holleeder, advocaat te Amsterdam.
Het vonnis waarvan beroep
De rechtbank Leeuwarden heeft de verdachte bij het vonnis wegens misdrijven veroordeeld tot een straf en heeft tevens een beslissing genomen over het in beslag genomen goed, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte ter zake van de onder 1 primair, 2 en 3 ten laste gelegde feiten zal veroordelen tot een gevangenisstraf van 48 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren, met als bijzondere voorwaarde reclasseringstoezicht. De vordering strekt tevens tot onttrekking aan het verkeer van het in beslag genomen luchtdrukpistool.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd, dat:
1.
hij op of omstreeks 22 maart 2009 te [plaats] (in een woning gelegen aldaar aan de [straat]) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen ongeveer E 150,- althans een hoeveelheid geld en/of een autotelefoon en/of bankpasjes en/of sleutels en/of kentekenbewijzen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of verdachtes mededader(s)
-een mes bij het oog van die [slachtoffer 1] heeft /hebben gehouden en/of in de directe nabijheid van die [slachtoffer 1] heeft/hebben gehouden en/of
-een schaar in de nabijheid van die [slachtoffer 1] heeft/hebben gehouden en/of
-die [slachtoffer 1] in de rug heeft/hebben geschopt en/of op de grond heeft/hebben geduwd en/of vastgehouden en/of
-een mes op de knie van die [slachtoffer 1] heeft/hebben gezet en/of in de nabijheid van de knie van die [slachtoffer 1] heeft/hebben gehouden en/of
-een handdoek om het hoofd van die [slachtoffer 1] heeft/hebben gewikkeld en/of
-tegen die [slachtoffer 1] heeft/hebben gezegd:"Als je niet je spullen uit je zakken geeft dan prik ik met mijn mes in je benen en/of als je blijft schreeuwen ga ik je steken" en/of "Ik zit in een bende ik heb mensen gedood dus laat het niet zo ver komen" en/of "Ik zit vaak in de gevangenis en mijn thuis is de gevangenis", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
Subsidiair zo het vorenstaande niet mocht leiden tot schuldigverklaring van en strafoplegging aan verdachte
hij op of omstreeks 22 maart 2009 te [plaats] (in een woning gelegen aldaar aan de [straat]) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 3], heeft gedwongen tot de afgifte van ongeveer E 150,- althans een hoeveelheid geld en/of een autotelefoon en/of bankpasjes en/of sleutels en/of kentekenbewijzen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of verdachtes mededader(s),
-een mes bij het oog van die [slachtoffer 1] heeft/hebben gehouden en/of in de directe nabijheid van die [slachtoffer 1] heeft/hebben gehouden en/of
-een schaar in de nabijheid van die [slachtoffer 1] heeft/hebben gehouden en/of
-die [slachtoffer 1] in de rug heeft/hebben geschopt en/of op de grond heeft/hebben geduwd en/of vastgehouden en/of
-een mes op de knie van die [slachtoffer 1] heeft/hebben gezet en/of in de nabijheid van de knie van die [slachtoffer 1] heeft/hebben gehouden en/of
-een handdoek om het hoofd van die [slachtoffer 1] heeft/hebben gewikkeld en/of
-tegen die [slachtoffer 1] heeft/hebben gezegd:"Als je niet je spullen uit je zakken geeft dan prik ik met mijn mes in je benen en/of als je blijft schreeuwen ga ik je steken" en/of "Ik zit in een bende ik heb mensen gedood dus laat het niet zo ver komen" en/of "Ik zit vaak in de gevangenis en mijn thuis is de gevangenis", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
2.
hij op of omstreeks 22 maart 2009 te [plaats], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een personenauto van het merk Opel, type Vectra, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);
3.
hij op of omstreeks 22 maart 2009 te [plaats], [slachtoffer 4] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend een schaar over de wang van die [slachtoffer 4]gehaald, althans in de directe nabijheid van die [slachtoffer 4] gehouden.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
1. primair
hij op 22 maart 2009 te [plaats] in een woning gelegen aldaar aan de [straat] tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen ongeveer € 150,- en een telefoon en bankpasjes en sleutels, toebehorende aan [slachtoffer 3] of [slachtoffer 2] of [slachtoffer 3], welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 3], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat verdachte en verdachtes mededader
-een mes bij het oog van die [slachtoffer 1] hebben gehouden en in de directe nabijheid van die [slachtoffer 1] hebben gehouden en
-een schaar in de nabijheid van die [slachtoffer 1] hebben gehouden en
-die [slachtoffer 1] in de rug hebben geschopt en op de grond hebben geduwd en vastgehouden en
-een mes op de knie van die [slachtoffer 1] hebben gezet en in de nabijheid van de knie van die [slachtoffer 1] hebben gehouden en
-een handdoek om het hoofd van die [slachtoffer 1] hebben gewikkeld en
-tegen die [slachtoffer 1] hebben gezegd: "Als je niet je spullen uit je zakken geeft dan prik ik met mijn mes in je benen en als je blijft schreeuwen ga ik je steken" en "Ik zit in een bende ik heb mensen gedood dus laat het niet zo ver komen" en "Ik zit vaak in de gevangenis en mijn thuis is de gevangenis";
2.
hij op 22 maart 2009 te [plaats], tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een personenauto van het merk Opel, type Vectra, toebehorende aan [slachtoffer 2];
3.
hij op 22 maart 2009 te [plaats], [slachtoffer 4] heeft bedreigd met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend een schaar over de wang van die [slachtoffer 4] gehaald.
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 1. primair, 2 en 3 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert respectievelijk op de misdrijven:
1. primair
diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
2.
diefstal door twee of meer verenigde personen;
3.
bedreiging met zware mishandeling.
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich met zijn mededader schuldig gemaakt aan diefstal met geweld en bedreiging met geweld, waarbij van aangever [slachtoffer 3] - onder dreiging van een mes en een schaar - geld en goederen zijn afgepakt. Hierbij is aangever geschopt en geduwd. Ook is een handdoek om het hoofd van die [slachtoffer 1] gewikkeld en werd er over 'steken' gesproken. [slachtoffer 1] heeft - naar eigen zeggen - op dat moment voor zijn leven gevreesd. Verdachte en zijn mededader hebben door aangever aldus te beroven, gevoelens van angst en onveiligheid bij aangever veroorzaakt en de lichamelijke integriteit van aangever aangetast. Daarnaast hebben zij zich ten koste van aangever bevoordeeld.
Vervolgens heeft verdachte met zijn mededader de auto van de vader van aangever,
[slachtoffer 2], gestolen. Door aldus te handelen hebben zij inbreuk gemaakt op het eigendomsrecht van de eigenaar.
Voorts heeft verdachte dezelfde avond aangeefster [slachtoffer 4] bedreigd met een schaar, door die schaar dreigend over de wang van die [slachtoffer 4] te halen. [slachtoffer 4] heeft verklaard dat zij op dat moment doodsbang was.
Het hof heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met een verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d. 30 oktober 2009. Daaruit blijkt dat verdachte meermalen is veroordeeld ter zake van (soortgelijke) strafbare feiten. Verdachte was toen hij de onderhavige feiten pleegde nog maar korte tijd vrij, nadat hij een gevangenisstraf van vier jaren had uitgezeten wegens het plegen van straatroven.
Gelet op de ernst van de feiten is het hof van oordeel dat oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf noodzakelijk is.
Het hof heeft voorts acht geslagen op het voorlichtingsrapport van het Leger des Heils Jeugdzorg en Reclassering van 19 mei 2009. In dit rapport wordt oplegging van een (deels) voorwaardelijke gevangenisstraf geadviseerd met daaraan gekoppeld als bijzondere voorwaarde reclasseringstoezicht.
De raadsvrouw heeft ter zitting van het hof betoogd dat een deels voorwaardelijke straf met reclasseringstoezicht overbodig is gelet op het traject dat verdachte in detentie doorloopt, alsmede de mogelijkheden van toezicht in het kader van de voorwaardelijke invrijheidstelling. Daarnaast is verdachte gemotiveerd het traject in zijn detentie af te maken.
Het hof geeft echter - mede gelet op voornoemd rapport en verdachtes strafrechtelijke verleden - de voorkeur aan oplegging van reclasseringstoezicht verbonden aan een voorwaardelijke straf.
Gelet op het voorgaande, in onderlinge samenhang bezien, zal aan verdachte - zoals door de rechtbank opgelegd en door de advocaat-generaal gevorderd - een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur worden opgelegd. Mede om (soortgelijke) recidive te voorkomen zal het hof een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen, met de bijzondere voorwaarde van reclasseringstoezicht, ook als dit inhoudt ambulante behandeling door de AFPN of een soortgelijke instelling.
Onttrekking aan het verkeer
Het door het hof aan het verkeer te onttrekken voorwerp, een luchtdrukpistool, is daarvoor vatbaar. Immers, het voorwerp behoort toe aan verdachte en is aangetroffen ter gelegenheid van het onderzoek naar de door hem begane feiten. Voorts is het voorwerp van zodanige aard dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 36b, 36d, 57, 285, 310, 311 en 312 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte onder 1 primair, 2 en 3 ten laste gelegde bewezen en kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart deze feiten en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 1 primair, 2 en 3 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot gevangenisstraf voor de duur van vier jaren;
beveelt, dat van de gevangenisstraf een gedeelte van één jaar, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd van twee jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt, of de hierna te noemen bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd;
stelt als bijzondere voorwaarde:
dat de veroordeelde zich zal stellen onder toezicht van het Leger des Heils Jeugdzorg en Reclassering en zich zal gedragen naar de aanwijzingen van die instelling, ook als die inhouden dat verdachte een ambulante behandeling bij de Ambulante Forensische Psychiatrie Noord Nederland of een soortgelijke instelling dient te ondergaan;
draagt genoemde instelling op de veroordeelde bij de naleving van de voorwaarden hulp en steun te verlenen;
beveelt dat de tijd door de veroordeelde v??r de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van het onvoorwaardelijk deel van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering wordt gebracht;
verklaart aan het verkeer onttrokken:
- 1 luchtdrukpistool (HATSAN 20).
Dit arrest is aldus gewezen door mr. H.M.E. Laméris-Tebbenhoff Rijnenberg, voorzitter, mr. P. Koolschijn en mr. D.V.E.M. van der Wiel-Rammeloo, in tegenwoordigheid van mr. J. Brink als griffier.