ECLI:NL:GHLEE:2009:BK4403
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep kort geding
- M. Knijp
- A. Zandbergen
- J. Weening
- Rechtspraak.nl
Uitleg van het kwijtingsbeding in een vaststellingsovereenkomst
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Leeuwarden werd behandeld, gaat het om een hoger beroep in een kort geding dat betrekking heeft op de uitleg van een kwijtingsbeding in een vaststellingsovereenkomst. De zaak is gestart door Artimedès Beheer B.V. en andere appellanten, die in eerste aanleg als eisers in conventie en verweerders in reconventie optraden. De geïntimeerden, waaronder Jama Holding B.V., waren gedaagden in conventie en eisers in reconventie. De rechtszaak is voortgekomen uit een vonnis van de rechtbank Leeuwarden, dat op 24 juni 2009 werd uitgesproken. Artimedès c.s. hebben hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis, waarin zij werden veroordeeld tot betaling van een bedrag van EUR 4.417,49 aan de geïntimeerden.
De kern van het geschil betreft de uitleg van het kwijtingsbeding in de vaststellingsovereenkomst die op 9 april 2009 is opgesteld. Artimedès c.s. betogen dat het beding niet zo moet worden geïnterpreteerd dat het ook de geëxecuteerde dwangsommen van EUR 4.417,49 omvat. Het hof overweegt dat de uitleg van een kwijtingsbeding moet plaatsvinden aan de hand van de Haviltex-formule, waarbij niet alleen de tekst van het beding, maar ook de bedoelingen van partijen van belang zijn. Het hof concludeert dat de tekst van het kwijtingsbeding duidelijk aangeeft dat partijen na voldoening van hun verplichtingen finaal gekweten zijn.
Het hof oordeelt dat Artimedès c.s. niet voldoende bewijs hebben geleverd voor hun stelling dat de dwangsommen in rekening courant zijn verrekend. De grieven van Artimedès c.s. worden verworpen, en het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank. Artimedès c.s. worden in de kosten van het hoger beroep veroordeeld, wat leidt tot de conclusie dat zij als in het ongelijk gestelde partij worden aangemerkt.