ECLI:NL:GHLEE:2009:BJ4207
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van noodweer bij mishandeling door verdachte
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 14 juli 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Groningen. De verdachte, geboren in 1952 en wonende in [woonplaats], was niet ter terechtzitting verschenen, maar werd vertegenwoordigd door zijn raadsman, mr. A. Allersma. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld voor mishandeling, maar de verdachte heeft tijdig hoger beroep aangetekend.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de raadsman van de verdachte een beroep gedaan op noodweer. De advocaat-generaal vorderde een werkstraf van 40 uren, maar het hof oordeelde anders. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte op 3 mei 2005 in de gemeente [gemeente] werd geconfronteerd met een ogenblikkelijke, wederrechtelijke aanranding door zijn neven, [slachtoffer 1], [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3]. Deze neven, die eerder conflicten met de verdachte hadden, drongen zijn woning binnen en begonnen hem te slaan.
Het hof heeft geoordeeld dat de verdachte zich in een situatie bevond waarin hij zich moest verdedigen. Gezien de omstandigheden was het door de verdachte gebruikte geweld niet disproportioneel. Het hof heeft daarom de bewezenverklaring van de mishandeling bevestigd, maar heeft de verdachte ontslagen van alle rechtsvervolging. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en sprak de verdachte vrij van de ten laste gelegde feiten, omdat hij niet strafbaar was voor de bewezen verklaarde mishandeling. Dit arrest is gewezen door een meervoudige strafkamer, waarbij mr. G. Dam als voorzitter fungeerde, samen met mr. K. Lahuis en mr. A.J. Rietveld.