ECLI:NL:GHLEE:2009:BJ1314
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van opzet- subsidiair schuldheling van gestolen goederen met veroordeling tot gevangenisstraf voor opzetheling en overtreding van de Wet wapens en munitie
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 2 juli 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Leeuwarden. De verdachte was in eerste aanleg veroordeeld voor opzetheling en het voorhanden hebben van een vuurwapen. Het hof heeft de verdachte vrijgesproken van opzetheling van het merendeel van de bij hem aangetroffen gestolen goederen, omdat zijn verklaringen over de verkrijging van deze goederen onvoldoende weerlegging vonden in andere bewijsmiddelen. De verdachte had verklaard dat de goederen door anderen in zijn loods waren opgeslagen en dat hij deze had gekocht op rommelmarkten, zonder aanleiding te vermoeden dat het om gestolen goederen ging. Het hof oordeelde dat het enkel aantreffen van gestolen goederen niet voldoende bewijs opleverde voor opzetheling.
Desondanks heeft het hof de verdachte wel veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes maanden voor opzetheling van goederen waarvoor de vrijspraak niet gold, alsook voor het voorhanden hebben van een gaspistool, wat in strijd is met de Wet wapens en munitie. Het hof heeft rekening gehouden met de omvangrijke documentatie van de verdachte en zijn eerdere veroordelingen voor vermogensdelicten. De verdachte was preventief gedetineerd en het hof heeft het bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven met ingang van de uitspraakdatum. Tevens heeft het hof de tenuitvoerlegging gelast van eerder opgelegde voorwaardelijke straffen, omdat de verdachte zich binnen de proeftijd schuldig had gemaakt aan nieuwe strafbare feiten. De uitspraak benadrukt de noodzaak van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf gezien de ernst van de feiten en de recidive van de verdachte.