ECLI:NL:GHLEE:2009:BH7598
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- W. Foppen
- H.J. Deuring
- S.H. Wachter
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor het aanwezig hebben van een gebruikershoeveelheid cocaïne met toepassing van artikel 9a Wetboek van Strafrecht
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 24 maart 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Leeuwarden. De verdachte was veroordeeld voor het aanwezig hebben van een gebruikershoeveelheid cocaïne. De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 5 juni 2007, waarbij de verdachte ongeveer 0,2 gram cocaïne in zijn bezit had. De politierechter had eerder een straf opgelegd, maar de verdachte ging in hoger beroep.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof de verdachte zou veroordelen tot een gevangenisstraf van een week. Het hof heeft echter besloten het vonnis van de politierechter te vernietigen en opnieuw recht te doen. Het hof oordeelde dat de verdachte schuldig was aan het aanwezig hebben van cocaïne, maar dat er geen straf of maatregel opgelegd hoefde te worden. Dit was gebaseerd op de toepassing van artikel 63 (oud) van het Wetboek van Strafrecht, waarbij het hof oordeelde dat de totale straf in het geval van een gevoegde behandeling niet hoger zou zijn dan de reeds opgelegde gevangenisstraf van zestien maanden in een andere zaak.
Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het aanwezig hebben van cocaïne, wat een bedreiging vormt voor de volksgezondheid en bijdraagt aan criminaliteit. De verdachte had eerder al een strafblad en het hof heeft dit meegewogen in zijn beslissing. Uiteindelijk heeft het hof de verdachte schuldig verklaard zonder oplegging van straf of maatregel, en de zaak werd afgesloten met de vaststelling dat de verdachte niet verder gestraft zou worden voor het bewezen verklaarde feit.