ECLI:NL:GHLEE:2009:BH5086
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- J.J. Beswerda
- S. Zwerwer
- A.J. Rietveld
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in milieuzaken na ongewone voorvallen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 6 maart 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Groningen. De verdachte was ten laste gelegd dat zij een ongewoon voorval, dat nadelige gevolgen voor het milieu kon veroorzaken, niet tijdig had gemeld aan de Gedeputeerde Staten van de provincie. Dit betrof een incident op 8 november 2006 waarbij binnen het bedrijf van de verdachte een mengsel van bitumen, superflux en IPP was vrijgekomen. Het hof oordeelde dat er sprake was van ongewone voorvallen, maar dat het dossier geen basis bood voor de vaststelling dat er daadwerkelijk schade voor het milieu was ontstaan of dreigde te ontstaan. Hierdoor kon de verdachte niet worden veroordeeld voor het ten laste gelegde feit.
De economische politierechter had de verdachte eerder vrijgesproken van de beschuldigingen. De officier van justitie had hiertegen hoger beroep ingesteld, wat leidde tot het onderzoek in hoger beroep. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof de verdachte zou veroordelen tot een geldboete van € 1.200,-. Het hof heeft echter besloten het vonnis van de rechtbank te vernietigen en opnieuw recht te doen. Na beoordeling van de feiten en omstandigheden heeft het hof geconcludeerd dat de verdachte niet schuldig was aan de ten laste gelegde feiten en heeft zij haar vrijgesproken.
Het arrest benadrukt het belang van tijdige meldingen van ongewone voorvallen aan de bevoegde autoriteiten, zoals vastgelegd in de Wet milieubeheer. Echter, in dit geval was er onvoldoende bewijs dat er schade voor het milieu was of dreigde te ontstaan, wat leidde tot de vrijspraak van de verdachte.