Parketnummer: 24-000308-08
Parketnummer eerste aanleg: 19-621145-07 en 19-620395-07 (tul)
Arrest van 19 februari 2009 van het gerechtshof te Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Assen van 30 januari 2008 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1987] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], [adres],
verschenen in persoon, bijgestaan door haar raadsman mr. H.C. Post, advocaat te Assen.
Het vonnis waarvan beroep
De politierechter in de rechtbank Assen heeft de verdachte bij het vonnis wegens een misdrijf veroordeeld tot een straf en op een vordering tot tenuitvoerlegging beslist, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof de verdachte ter zake van het primair ten laste gelegde zal veroordelen tot een werkstraf van 28 uren subsidiair 14 dagen vervangende hechtenis. Voorts heeft de advocaat-generaal gevorderd dat de vordering tenuitvoerlegging zal worden toegewezen, met dien verstande dat de 2 weken gevangenisstraf zullen worden omgezet in een werkstraf voor de duur van 28 uren subsidiair 14 dagen vervangende hechtenis.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
zij op omstreeks 29 juni 2007, te [plaats], althans in de gemeente [gemeente], met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit de winkelvoorraad van na te noemen rechthebbende(n) heeft weggenomen een of meer pakjes sigaretten en/of een pakje shag, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de Aldi, in ieder geval aan een ander of anderen dan verdachte;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, terzake dat
zij op of omtreeks 29 juni 2007, te [plaats], althans in de gemeente [gemeente] opzettelijk een of meer pakjes sigaretten en/of een pakje shag, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de Aldi, in ieder geval aan een ander of anderen dan verdachte en welk(e) goed(eren) verdachte uit de winkelvoorraad van genoemde rechthebbende had genomen onder gehoudenheid het vorenstaande te betalen, althans ter betaling aan te bieden, in elk geval anders dan door misdrijf onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
zij op 29 juni 2007, te [plaats], met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit de winkelvoorraad van na te noemen rechthebbende heeft weggenomen pakjes sigaretten en een pakje shag, toebehorende aan de Aldi.
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert op het misdrijf:
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich op 29 juni 2007 schuldig gemaakt aan winkeldiefstal, een ergerlijke vorm van criminaliteit die voor winkeliers veel hinder en schade oplevert. Verdachte heeft met haar handelen inbreuk gemaakt op het eigendomsrecht van de desbetreffende winkel.
Het hof heeft bij de straftoemeting in aanmerking genomen dat verdachte - blijkens een haar betreffend uittreksel uit het justitiële documentatieregister d.d. 8 december 2008 - eerder is veroordeeld ter zake van soortgelijke strafbare feiten. Slechts anderhalve maand nadat zij was veroordeeld wegens diefstal, waarbij haar onder meer een voorwaardelijke gevangenisstraf was opgelegd, beging zij het ten laste gelegde feit.
Zij liep hierdoor in een proeftijd, waarbij de voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf mede een stok achter de deur moest zijn om geen nieuwe strafbare feiten te plegen. Verdachte heeft zich daarvan klaarblijkelijk niets aangetrokken.
Gelet op het voorgaande, in onderling verband en samenhang bezien, is het hof van oordeel dat aan verdachte in beginsel een - door de rechtbank opgelegde - onvoorwaardelijke gevangenisstraf dient te worden opgelegd. Gelet op hetgeen omtrent verdachtes gewijzigde persoonlijke omstandigheden ter terechtzitting van het hof naar voren is gekomen, ziet het hof echter aanleiding om hiervan af te zien. Blijkens verdachtes verklaring ter terechtzitting én de brief van de persoonlijk begeleider van verdachte bij de RIBW, A. Striker, binnengekomen bij het hof op 14 januari 2009, lijkt verdachte het roer in haar leven in positieve zin te hebben omgegooid. Daarbij heeft een rol gespeeld dat zij in verband met een andere zaak in augustus 2008 31 dagen in een penitentiaire inrichting heeft doorgebracht. Zij heeft aangegeven dit nooit meer mee te willen maken. Bovendien is niet gebleken dat er sinds de onderhavige feiten nieuwe processen-verbaal tegen verdachte zijn opgemaakt. Daarnaast is aannemelijk geworden dat verdachte gemotiveerd is een werkstraf met succes te voltooien. Het hof ziet in al deze omstandigheden aanleiding om haar de - door de advocaat-generaal gevorderde - werkstraf op te leggen.
Tenuitvoerlegging (19-620395-07)
Bij vonnis van de politierechter te Assen d.d. 7 mei 2007, is veroordeelde veroordeeld tot (onder meer) twee weken gevangenisstraf voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. Blijkens het onderzoek ter 's hofs terechtzitting is voormeld vonnis onherroepelijk geworden op 7 mei 2007. De proeftijd is ingegaan op 22 mei 2007. De officier van justitie heeft op 28 augustus 2007 gevorderd dat last zal worden gegeven tot tenuitvoerlegging van voormelde gevangenisstraf, omdat veroordeelde zich voor het einde van voormelde proeftijd heeft schuldig gemaakt aan het ten laste gelegde feit.
Nu gebleken is dat veroordeelde het hiervoor bewezen verklaarde feit heeft begaan voor het einde van de bij voormeld vonnis gestelde proeftijd, zal het hof op grond van het vorenstaande de vordering tenuitvoerlegging toewijzen, met dien verstande dat het hof in plaats van een last tot tenuitvoerlegging te geven, een werkstraf zal gelasten van na te noemen duur.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 14g, 22c (oud), 22d en 310 van het Wetboek van Strafrecht.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte ten laste gelegde bewezen en kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart dit feit en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot taakstraf, bestaande uit een werkstraf, voor de duur van achtentwintig uren, met bevel voor het geval dat de veroordeelde de werkstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende hechtenis voor de duur van veertien dagen zal worden toegepast;
gelast (in plaats van het geven van een last tot tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf de veroordeelde voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Assen van 7 mei 2007) taakstraf bestaande uit een werkstraf voor de duur van achtentwintig uren met bevel voor het geval dat de veroordeelde de werkstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende hechtenis voor de duur van veertien dagen zal worden toegepast.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. P. Koolschijn, voorzitter, mr. D.J. Keur en mr. W.F. van Zant, in tegenwoordigheid van mr. M. Zevenhuizen als griffier, zijnde mr. Van Zant en mr. Keur beiden voornoemd buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.