ECLI:NL:GHLEE:2009:BH3476
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- P. Koolschijn
- H.M.E. Laméris-Tebbenhoff Rijnenberg
- A.J. Rietveld
- Rechtspraak.nl
Veroordeling wegens poging tot doodslag met gevangenisstraf en tenuitvoerlegging van voorwaardelijke straf
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 19 februari 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Assen. De verdachte is veroordeeld voor poging tot doodslag en krijgt een gevangenisstraf van achttien maanden opgelegd. De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 11 juni 2006, waarbij de verdachte de aangever, [slachtoffer], met kracht in het gezicht heeft gestompt en hem vervolgens meerdere keren tegen het hoofd heeft geschopt terwijl hij op de grond lag. De rechtbank Assen had eerder een lagere straf opgelegd, maar het hof oordeelt dat deze niet in verhouding staat tot de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is gepleegd.
Het hof heeft de verklaringen van getuigen en de aangever in overweging genomen, waarbij het hof de oorspronkelijke verklaringen als geloofwaardig beschouwt, ondanks latere wijzigingen door de getuigen. De verdachte heeft wisselende verklaringen afgelegd over zijn rol in het incident, wat het hof als onbetrouwbaar heeft aangemerkt. De verdachte had een strafblad en was nog onder voorwaardelijke straf, wat meeweegt in de beslissing van het hof.
De vordering van de advocaat-generaal om een hogere straf op te leggen werd door het hof niet gehonoreerd, maar de gevangenisstraf van achttien maanden werd als passend en noodzakelijk beschouwd. Daarnaast gelast het hof de tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf van vier maanden, omdat de verdachte zich binnen de proeftijd opnieuw schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit. Het hof vernietigt het eerdere vonnis en spreekt de verdachte vrij van andere tenlasteleggingen die niet bewezen zijn verklaard.