ECLI:NL:GHLEE:2009:BG8952
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak en veroordeling in hoger beroep wegens overtredingen van de Wegenverkeerswet 1994
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 6 januari 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Groningen. De verdachte was eerder veroordeeld voor het besturen van een motorrijtuig zonder geldig rijbewijs en voor het niet voldoen aan een vordering van een verbalisant. Het hof heeft de verdachte vrijgesproken van de tenlastelegging onder 2, die betrekking had op artikel 2 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften, omdat dit artikel geen zelfstandige bevoegdheid biedt voor het doen van een bevel. Echter, het hof heeft wel bewezen geacht dat de verdachte niet heeft voldaan aan een vordering krachtens artikel 160 van de Wegenverkeerswet 1994. De verdachte had op 20 augustus 2006 een personenauto bestuurd terwijl zijn rijbewijs was ingevorderd en had niet gereageerd op de vordering van de verbalisant om zijn rijbewijs en kentekenbewijs ter inzage af te geven.
De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot straffen, maar de verdachte is tijdig in hoger beroep gekomen. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal een werkstraf van 40 uren en een geldboete van 340 euro geëist. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een werkstraf van 40 uren, met vervangende hechtenis van 20 dagen indien de werkstraf niet naar behoren wordt verricht, en een geldboete van 340 euro, met vervangende hechtenis van 6 dagen bij niet-betaling. Het hof heeft de verdachte strafbaar geacht en geen strafuitsluitingsgronden aanwezig geacht, gezien de ernst van de feiten en de recidive van de verdachte.